Karten in Myllypuro door onze jeugd
Collageverslag door vijf van onze jeugddeelnemers Alexandra, Christian, Eveliina, Riku en Valentijn van het karten in Myllypuro.
In eerste instantie klonk karting een beetje saai en zeer moeilijk, maar ik besloot om het eens te proberen. Op weg naar karten was ik een beetje moe en verveeld. Het moment dat we daar aankwamen zag het er een stuk leuker uit en ik was eigenlijk enthousiast om te gaan karten. In de eerste ronde van de time trial botste ik om de paar seconden tegen de zijkanten en ik raakte een beetje gefrustreerd, maar toen ik het onder de knie kreeg, ging het echt goed en het was erg leuk.
De bochten waren een beetje moeilijk en soms stootte ik een beetje aan de zijkanten, maar niet veel dus ik hoefde niet te wachten op hulp. Vlak voor de tweede ronde in de kartauto’s werd mijn helm echt mistig, maar het ging al snel weg. Ik heb ook per ongeluk op de rem gedrukt zonder het te merken. Na de tweede ronde mijn rechterhand was echt pijnlijk.
Het was echt leuk en zeker zou ik weer gaan karten.
Alexandra
…allemaal klaar voor de start, Alexandra op pole position
…en weg zijn ze…
Een aantal weken terug gingen we karten met de Nederlandse vereniging. Het was georganiseerd in Myllypuro, een buitenwijk in Helsinki waar een paar maanden eerder de serie Chernobyl was gefilmd. We kwamen z’n half uurtje te vroeg dus besloten we een rondje te lopen in de buurt. We zagen bijna niemand, en door de betonnen Sovjet-Unie flats was de grafstemming compleet. Gelukkig beïnvloedde de sfeer in de wijk niet de leuke sfeer, die in de groep heerste.
Het karten was in een ondergrondse hal, wat op zich iets extra’s toevoegden. We moesten ons omkleden in goed gebruikten karting-pakken en handschoenen die allemaal een andere maat waren.
Eerst gingen de volwassenen en daarna de kinderen. Ik vond het een beetje spannend omdat ik nog niet veel ervaring had. Het ging erg hard en ik kon er niet zo veel van, maar ik vond het hartstikke leuk. Uiteindelijk werd ik derde. Het was een hele leuke en gezellige middag.
Ik hoop dat we snel weer iets leuks gaan doen.
Christian
…alle ouders snel even 300 kiekjes schieten
…jong haalt oud in, de voorzitter werd weer eens gelapt, in de bocht
Eerst wist ik niet wat karten was. Toen papa vroeg of mijn zus en ik een keer wilden gaan karten met de andere Nederlanders, dacht ik, dat hij kaarten bedoelde. Toen heeft hij uitgelegd wat karten betekent en ik dacht, misschien is dat wel leuk.
Ik ben heel blij, dat ik mee ben gegaan. Het was heel gezellig en super spannend.
Eveliina
Ik ging voor de eerste keer mee met mijn vader naar een activiteit van de Nederlandse vereniging in Finland. Karten in Helsinki leek me wel leuk en dat was het ook. In een soort van ondergrondse bunker lag de baan en na wat instructies konden we gaan racen. In de eerste race waren alle kinderen tegen elkaar en ik had uiteindelijk de snelste ronde.
Na een pauze waren de ouders en kinderen verdeeld in twee groepen op tijd. Ik mocht dus met nog wat andere kinderen in de finale tegen een paar vaders rijden. Het ging een tijd goed, maar op een moment spinde ik helaas en verloor veel tijd. Zilver is mooi, maar de volgende keer win ik goud.
Groeten,
Riku
En de winnaar:
Toen ik bij de kart-hal kwam was ik heel erg verbaasd want het leek op een bunker, maar toen de deuren werden geopend, leek het echt op een kart-hal, maar dan onder de grond. Ik was heel erg nerveus want ik dacht dat ik keihard ging crashen, maar toen ik de ouders zag rijden, leek het niet gevaarlijk. De ouders kwamen uit de karts en toen mochten de kinderen, en ik startte als 3e. We deden de testronde en het ging helemaal goed dus na die ronde ging ik plankgas. Ik was een paar keer gecrasht, maar dat hoorde er bij. Toen ik klaar was met karten zag ik dat ik tweede was geworden, maar ik was niet verbaasd, omdat die andere jongen supergoed was.
Uiteindelijk hoorde ik dat ik met de volwassenen mee mocht doen, dat had ik niet gedacht. De race begon als een echte formule 1 race en ik startte als laatste maar met de eerste bocht haalde ik al iemand in. Ik probeerde niet te snel te rijden maar zo te rijden dat ik niet ging crashen. Toen de race klaar was, hoorde ik dat ik eerste was geworden van de kinderen. Dat had ik niet verwacht, want de andere jongen reed sneller, maar ik was hem bij de crash gepasseerd. Het voelde best wel leuk om eerste te worden maar het was natuurlijk voor de lol.
Dit was mijn verhaal en dank dat ik mee mocht doen.
Valentijn
Nederlanders in de geschiedenis van St. Petersburg
Voor mijn werk ben ik de afgelopen jaren regelmatig in St. Petersburg geweest. Ik doe sinds 2015 mee aan een samenwerkingsverband met beroepsscholen uit Petersburg en bij ieder bezoek aan Petersburg krijgen we weer andere dingen te zien. Voor mij is het elke keer een verbazing om te zien welke schatten Petersburg herbergt en het is een echte wereldstad, ofschoon wat minder bekend in de westerse wereld. Het Hermitage heeft verschillende zalen met alleen werk van Nederlandse of Vlaamse meesters. De meeste zijn indertijd aangekocht door de tsaren, maar in het nieuwere paleis hangen ook veel impressionisten. Bijvoorbeeld het werk dat van Gogh in Auvers schilderde. Het Rijksmuseum is echt klein in vergelijking met de omvang van het Hermitage.
Vlakbij het Hermitage-museum staat een standbeeld van de Tsaar Peter de Grote, die echt alles uit Nederland wilde hebben. Hij heeft enkele maanden in Zaandam gewoond om daar de scheepsbouw te leren. Het standbeeld is trouwens door de Bolsjewieken in de Neva gegooid in 1917, maar een exacte kopie stond ook in Zaandam en die is aan de stad Petersburg geschonken in 2009. Dus, nu staat tsaar Peter de Grote weer op zijn plaats, ook al is het met een Nederlandse kopie.
Het standbeeld van Peter de Grote aan de admiraalskade, de kopie die uit Zaandam is gekomen.
Tsaar Peter de Grote heeft in die Zaandam-tijd ook contact gehad met de Nederlandse admiraal Cornelius Cruijs, die hij in dienst nam. Tijdens de oorlog met de Zweden (1703) verzuchtte koning Karel van Zweden dat de Russische oorlogsschepen wel onder de Russische vlag voeren, maar de kapiteins en de bemanning waren uit Holland, de kanonnen en zelfs het kruit kwamen daarvandaan. Admiraal Cornelis Cruijs heeft een houten huis bewoond waar nu Nevski Prospekt 18 is.
Daarnaast staat de Nederlandse hervormde kerk op het adres Nevski Prospekt 20. De kerk is ingewijd in 1834 onder aanwezigheid van Prins Maurits en zijn zoon. Op dezelfde plaats stond al sinds 1730 een Nederlandse houten kerk. Blijkbaar was de Nederlandse kolonie in Petersburg erg welvarend en konden zij een vrij grote kerk onderhouden midden in het centrum van Petersburg. Maar in 1918 woonden er al bijna geen Nederlanders meer en in 1927 werd de kerk genationaliseerd.
In de negentiende eeuw werden er meerdere Nederlandse bedrijven gesticht in Petersburg en voor sommigen ging dat erg voorspoedig. De textielhandelaar Egbert Engberts (geboren in 1835 in Vriezenveem) had zijn winkel op de plaats van het Gostini Dvor aan de Nevsky Prospekt 35. Zijn grafmonument op de Lutherse begraafplaats Volkovo waar hij in 1911 begraven is, is in 2013 gerestaureerd. In Petersburg woonde een vrij grote kolonie Nederlanders uit Vriezenveen, want op die Lutherse begraafplaats liggen een honderdtal Nederlanders uit Vriezenveen begraven, maar alleen het graf van Egbert Engberts is bewaard gebleven. Zijn zoon vluchtte in 1917 naar Nederland en pas in 2004 hebben zijn kleinkinderen zijn memoires gepubliceerd (Egbert Engberts, Herinneringen aan Rusland, 2004).
Het grafmonument van Egbert Engberts (1835-1911) op de Lutherse begraafplaats Volkovo.
De eigenaar van de rubberfabrieken in Petersburg, Hendrik van Gilse van der Pals, heeft in 1900 een vrij groot herenhuis gebouwd aan de Engliska prospekt. De familie heeft daar gewoond van 1900 -1917, maar daarna vluchtten zij naar Finland. Hendrik van Gilse van der Pals had ook landgoederen in Lohja gekocht (Paloniemi in 1904) en daar vestigde de familie zich. Het achterkleinkind van Hendrik woont er nog steeds (Nina van der Pals).
Het huis en landgoed van de familie Van Gilse van der Pals aan de Angliske Prospekt
In de wereldstad Petersburg zijn het maar kleine stukjes, maar toch kan het voor Nederlandse reizigers interessant zijn om te merken dat er belangrijke Nederlandse sporen in St. Petersburg te vinden zijn. Helaas, door de reisrestricties kan ik niet meer naar Petersburg reizen, maar als de coronapandemie een keer voorbij is, dan ga ik wel weer. De gemakkelijkste manier om vanuit Helsinki naar Petersburg te reizen is met de Allegro-trein en ik kan de reispaketten (hotel + trein + visa) van het reisbureau Lähialuematkat Russian Tours aanbevelen, omdat ze de combinatie van visa, trein en hotel keurig verzorgen en omdat alle medewerkers Russisch spreken en ook in Rusland gewoond hebben. Zij hebben een kantoor in het Centraal Station van Helsinki.
Stephan Vermeulen
De plaatsen van het centrum van Petersburg gemarkeerd op Google Maps
Ontmaskering
Het is zes december, Onafhankelijkheidsdag, maar we hebben de televisie niet eens aangezet. In twintig-twintig is alles anders, ook Linnan Juhlat, de kasteelfeesten die ik altijd gekscherend Handshaking Party noem. Handshaking is dit jaar uit den boze. In februari begon het met aangescherpte regels met betrekking tot handhygiëne, minstens twintig seconden wassen, daarna kwam er het elleboogje en vervolgens raakten we elkaar helemaal niet meer aan. In Turku werd je sowieso al nooit geacht mensen te groeten die je niet persoonlijk kende, zelfs een vriendelijke hoofdknik kon als emotionele aanranding worden opgevat, dus eigenlijk veranderde er met corona hier niet zoveel.
Ook in de spreekkamer laat ik de handdruk tegenwoordig achterwege en zijn zowel patiënt als ik gemaskerd. Wel luister ik gewoon nog met mijn stethoscoop naar de longen en gaat het maskertje af als ik een kijkje moet nemen in keel of neus. Dat ontmaskeren is trouwens vaak reuze interessant, want na een gesprek van pak ‘m beet vijftien minuten, zie je eindelijke pas echt wat voor iemand je voor je hebt als het maskertje wordt afgenomen. Dan pas realiseer je je hoeveel we met een maskertje eigenlijk voor elkaar verbergen.
Over ontmaskeren gesproken, Demasquée van Akseli Gallen-Kallela is een van mij favoriete schilderijen. Een absoluut meesterwerk van de Finse schilder die vooral bekend is vanwege zijn scènes uit de Kalevala. Met Demasquée wijkt hij van dat thema af. We zien een jonge vrouw naakt onderuit zitten op een bank. In haar rechterhand houdt ze een zwart maskertje dat bijna wegvalt tegen de donkere achtergrond. Ondanks haar naaktheid is er weinig erotisch aan haar. Ik heb nog nooit een naakt gezien dat je het gevoel geeft dat je het zelf bent die naakt is, en dat zij het is die jou bekijkt in plaats van andersom. Ze bekijkt je met een blik die precies beantwoordt aan hoe je je op dat moment voelt. Voor dit schilderij ben ik verschillende keren naar Atheneum geweest, en telkens weer kijkt ze me anders aan.
Het is maar goed dat dit jaar op zijn einde loopt, want met al die maskertjes verbergen we te veel voor elkaar. Hoewel de boze droom die corona heet nog lang niet voorbij is, hoop ik dat we in de loop van het volgende jaar stukje bij beetje kunnen ontmaskeren, en dat ook de handdruk die nu als een zonde voelt, ooit weer in zijn volle glorie wordt hersteld.
Thijs Feuth
Nieuwe bestuursleden gezocht
In verband met het naderende vertrek van enkele bestuursleden zijn we voor volgend jaar, te beginnen vanaf de lente-ALV, op zoek naar nieuwe bestuursleden.
Het bestuur van de NVIF wordt gevormd door minimaal 5 en maximaal 9 leden. De bestuursleden zijn binnen de vereniging verantwoordelijk voor de dagelijkse gang van zaken, van het bijhouden van de ledenadministratie en de financiën tot het organiseren en ondersteunen van de verscheidene activiteiten en de publicatie van het Noorderlicht, de website en onze Facebook-pagina. Het bestuur vergadert ongeveer één keer per maand ‘online’.
Met behulp van een aantal actieve leden is het goed mogelijk de vereniging draaiende te houden. Heb je interesse of wil je meer informatie, stuur dan een e-mail naar bestuur@nederlandsevereniging.fi of neem even contact op met een van de huidige bestuursleden: https://www.nederlandsevereniging.fi/over-nvif/bestuur/.
Alvast bedankt!
NVIF-boeken
Zoals sommigen van jullie zullen weten heeft onze vereniging een flink aantal boeken in bezit. Een deel van deze boeken is ooit aangeschaft, andere zijn via donaties verkregen. Het betreft veelal Nederlandse literatuur als ’t Hart, Bernlef, Biesheuvel, Enquist, Grunberg, Hermans en Reve, maar ook kinderboeken en boeken over kunst en cultuur – in totaal meer dan 400 titels!
Het oorspronkelijke idee was om een boekenuitwisseling op te zetten, en zo zijn er nu en dan boeken vergeven gedurende de afgelopen jaren. Tot op heden staan deze boeken echter in dozen opgeslagen en tijdens de laatste ALV is besloten dat het tijd is voor de resterende boeken om een nieuw ‘thuis’ te vinden. De vereniging heeft tenslotte geen eigen opslag of plek waar leden direct toegang tot de boeken kunnen krijgen.
Hierop is besloten de boeken actief beschikbaar te stellen aan de leden: gratis en voor niets. Het enige waar in voorzien dient te worden is het ophalen van de boeken of betalen van de verzendkosten, zolang het niet goed mogelijk is de boeken naar een activiteit mee te nemen en daar te overhandigen. Op (korte) termijn is dit hopelijk wel weer mogelijk en kan er wellicht eveneens een ruilmarkt voor Nederlandstalige spullen als boeken, muziek, films en spellen georganiseerd worden.
Na enige tijd, bijvoorbeeld over een jaar, zal voor de boeken die nog geen nieuwe eigenaar gevonden hebben de afweging moeten worden gemaakt of de vereniging deze nog langer kan bewaren. De hoop is echter dat het meerendeel van de boeken voor die tijd een nieuw thuis zal vinden en weer gelezen zal kunnen worden!
We zijn bezig alle boeken via een lijst op het internet inzichtelijk te maken. Deze lijst is te vinden op https://cloud.collectorz.com/231947/books.
De boeken bevinden zich op dit moment op drie verschillende locaties, te weten in Helsinki, Espoo en Porvoo, hetgeen de logistiek ietwat gecompliceerd maakt, maar voor het gros van de titels is in de omschrijving de huidige locatie van het betreffende boek aangegeven.
Heb je interesse in een of meerdere boeken? Stuur dan een mailtje naar bestuur@nederlandsevereniging.fi. We kunnen vervolgens in onderling overleg bepalen hoe de boeken hun weg naar de nieuwe eigenaar zullen vinden.
Alvast veel leesplezier toegewenst!
De NVIF-boekenclub,
Debby, Arie, Jos, Guido en Bas
Puzzel uit 1995
Zoals Guido in zijn column al opmerkte, bestaat het Noorderlicht deze december exact 25 jaar. Als eerbetoon aan de eerste editie (nummer 1995-01) hierbij nogmaals de puzzel die toendertijd in het Noorderlicht is gepubliceerd. Uiteraard is de prijs inmiddels vergeven en hoef je niet op zoek naar een mooie ansichtkaart voor je oplossing.
Mkb’er in de spotlight: Annika Damsten
door Michel de Ruyter
1) Wanneer ben je met je bedrijf in Finland begonnen en wat doe je precies?
Ik begin in januari, daarom is het leuk dat ik in het Noorderlicht kom, dus dan kan ik mooi reclame maken voor mijn bedrijf AD-COM Home Service. Wat ik ga doen is service aan huis leveren, dus bijvoorbeeld boodschappen doen, schoonmaken en voor de kinderen zorgen, zoals van school halen – ik ben geen au pair. Of een maaltijd voorbereiden als ze daar geen tijd voor hebben. Alles wat mensen niet zelf kunnen doen, kan ik verzorgen, eigenlijk alle klusjes in en om het huis. Ik kan daarnaast ook mijn hond meenemen als gezelschapsdier, vandaar dat ik een foto met mijn hond heb doorgestuurd.
2) Zou je dit bedrijf of iets soortgelijks ook in Nederland begonnen zijn?
Ja, zeker. Weet je, er is heel veel vraag naar. Voordat ik met dit idee kwam, had ik contact met iemand die dit al vijf jaar doet. Zij vertelde me dat er enorm veel vraag naar is. In deze omgeving wonen nog vijf anderen die ze kent, en die zien elkaar niet als concurrenten maar spelen indien nodig dingen naar elkaar door. Dus dat heeft me echt aan het denken gezet. Ik weet overigens nog niet hoelang ik in Finland blijf, ik zou dit bijvoorbeeld als een soort copy paste in Nederland kunnen voortzetten.
3) Wat vind je van het ondernemersklimaat in Finland?
Ik kan daar twee dingen op antwoorden. Ik ben dertig jaar in loondienst geweest, deels in Nederland en sinds 2015 in Finland. In juli is dit idee ontstaan en ik ben in september begonnen met diverse aanvragen, voor de provincies Porvoo, Sipoo, Keski-Uusimaa. Dan heb je wel te maken met een enorme papierhandel en bureaucratie. Ik denk dat met het corona de regels strenger zijn. Ik ben wel geholpen door diezelfde vrouw waarover ik net vertelde. Ik denk dat ik zonder haar dit niet voor elkaar had gebokst.
4) In hoeverre denk je dat je Nederlanderschap helpt of niet helpt bij je activiteiten?
Ik spreek naast Nederlands ook Fins en Zweeds, mijn beide ouders zijn Fins en zijn ook in Finland geboren. Mijn vader komt uit een Zweedstalige familie en moeder een Finstalige. Als baby ben ik met mijn ouders naar Nederland verhuisd en daar heb ik 45 jaar gewoond. Ze wonen nu allebei niet meer in Finland, mijn vader woont in België en mijn moeder in Nederland. Het grappige is dat we tegenwoordig Nederlands tegen elkaar praten. Ik praat wel Fins en Zweeds met een dialect maar op zich zie ik er wel uit als een Finse, en ik begrijp de Finse cultuur, en de verschillen tussen Nederland, dus ik weet daar goed mee om te gaan.
5) Wat zijn je plannen voor de toekomst?
Ik heb altijd ambities. Sinds mijn 21e heb ik als manager gewerkt, voor onder andere WE en Hunkemöller. Ik werkte op het vliegveld hier in Finland, daar heb ik drie winkels opgezet en ik had 45 man personeel. Door corona is dat beëindigd. Maar ik heb nooit leren lezen en schrijven in het Fins, dus dat was met solliciteren wel lastig en is niet gelukt. Ik ga straks beginnen en misschien wel binnen 2 jaar personeel aannemen. Ik heb wel hoge verwachtingen, in eerste instantie doe ik het zelf en dan zie ik wel wat er op mijn pad komt. Daarna zie ik wel weer.
Bedrijf: AD-COM Home Service
Website: adcom-homeservice.com
Decembernieuws Ambassade 2020
Afsprakensysteem geopend; beperkte mogelijkheden tijdens kerstvakantie
Het online afsprakensysteem van de ambassade is open; er zijn ook beperkte mogelijkheden voor het reserveren van een tijd tijdens de kerstvakantie. Mocht uw reisdocument inmiddels verlopen zijn, of binnenkort verlopen, dan heeft dat geen gevolgen voor de aanvraag van een nieuw document.
Reisadvies
De ambassade ontvangt nog steeds veel vragen over reizen van/naar Finland en de mogelijkheden en onmogelijkheden. We proberen iedereen zo goed mogelijk te voorzien van antwoorden. De situatie veranderd voortdurend. Het is belangrijk te weten dat de ambassade niet de partij is die beslist of iemand wel of niet mag reizen en het land in kan/mag. De ambassade volgt de adviezen en instructies van de (lokale) overheden. Belangrijke bronnen hierbij zijn:
> De Finse grenswacht: https://www.raja.fi/en
> Nederlandse overheid: https://www.nederlandenu.nl/reizen-en-wonen/visa-voor-nederland/qas-voor-inreizen-in-nederland
> Finse overheid: https://valtioneuvosto.fi/en/information-on-coronavirus
Stemmen vanuit het buitenland
Wilt u zich registreren als kiezer buiten Nederland om te kunnen stemmen bij de Tweede Kamerverkiezing van 17 maart 2021? Dit kan nog tot en met 3 februari 2021 via de gemeente Den Haag. Meer informatie hierover vindt u op: https://www.nederlandwereldwijd.nl/wonen-werken/stemmen-vanuit-het-buitenland
Interview ambassadeur Desirée Kopmels door Finse Kamer van Koophandel
Kortgeleden werd de ambassadeur geïnterviewd door de Finse Kamer van Koophandel. Over zakendoen in Nederland en Finland, het start-upklimaat, covid-19 en over hoe Nederlanders de feestdagen in december vieren. U kunt het interview hier lezen: https://www.finncham.fi/news/2020/11/30/interview-ambassador-desire-kopmels-by-the-finland-chamber-of-commerce
Fietsverlichtingsactie
Zoals u wellicht wel heeft opgemerkt is de ambassade regelmatig betrokken bij activiteiten op het gebied van fietsen in Finland. Soms op het gebied van het verbeteren van de infrastructuur, soms door aanwezigheid bij fietsgerelateerde evenementen. Altijd met als doel het promoten van fietsen! Het is gezond, goed voor het milieu en voor lichaam en geest, en het is voordelig. En dit zijn zomaar een aantal argumenten waarom we – als Nederlandse ambassade – fietsen promoten. Veiligheid is daarbij ook belangrijk, zeker in de winter als de dagen in Finland kort (en donker) zijn. We zijn dan ook betrokken bij een fietsveiligheidscampagne die wordt georganiseerd door Pyöräliitto, de Finse fietsersvereniging. Deze campagne is geïnspireerd door de campagne die jaarlijks in Nederland uitgevoerd wordt. Via Finse scholen zal fietsverlichting worden uitgedeeld. Dit is onderdeel van het programma ‘Liikuva koulu’, oftewel ‘scholen in beweging’.
Wilt u ook een setje fietsverlichting ontvangen? Dat kan! Stuur uw adresgegevens naar HEL@minbuza.nl en wij sturen het aan u op. Een klein cadeautje van de ambassade voor wat licht in donkere dagen!
Fijne feestdagen!
Helaas zullen de ontwikkelingen rondom corona nog wel een tijd een rol spelen in ons leven. Zo ook tijdens het vieren van bijvoorbeeld sinterklaas en kerst. Velen van ons zien waarschijnlijk het geplande bezoek aan Nederland, of het ontvangen van bezoek uit Nederland, in het water vallen. Wanneer zien we onze Nederlandse vrienden en/of familie weer? De onzekerheden en beperkingen zorgen voor een vervelende situatie. En dit zal helaas nog wel even zo blijven. Niemand kan de toekomst voorspellen en we moeten verder in de huidige omstandigheden. We hopen dat de negatieve effecten (op zowel persoonlijk als zakelijk gebied) voor u beperkt blijven.
De winter is aangetreden, het is zelfs al enkele keren wit geweest. Maak het gezellig, zorg voor voldoende buitenlucht en beweging en blijf lekker warm! Namens de ambassadeur en het hele ambassadeteam wensen wij u fijne feestdagen en het allerbeste voor het nieuwe jaar!
Blijf op de hoogte
Blijf op de hoogte van (corona) nieuws gerelateerd aan Nederland/Finland en volg onze Facebook-pagina en/of Twitter. U leest er onder andere over activiteiten in Finland met een Nederlandse component op het gebied van cultuur, handel & innovatie en publieksdiplomatie.
Facebook: netherlandsembassyhelsinki
Twitter: @NLinFinland
Website: https://www.nederlandwereldwijd.nl/finland
Stadswandeling in Porvoo
Op zaterdag 21 november ging ik met de bus richting Porvoo om een stadswandeling te gaan maken met een aantal medelanders. Aangekomen bij onze ontmoetingsplek zag ik gelijk al een aantal bekende gezichten. De Engelse sprekende gids Minna stelde zichzelf voor en met een man of acht begonnen we met de stadswandeling in het oude centrum van Porvoo. Via het eerste warenhuis van Finland en de bekende Brunberg-lekkernij stopten wij op het plein voor het oude stadshuis van Porvoo (tegenwoordig is dit een museum). Hier zijn vroeger belangrijke verdragen getekend, waaronder de overgave van Zweden aan Rusland. En zoals vele andere oude steden van Finland, was ook Porvoo bijna geheel platgebrand in de middeleeuwen. Dit kwam doordat bijna alle huizen in die tijd van hout waren gebouwd, dus werd het tijd voor steen. Maar omdat de ‘hoofdaannemer’ meneer Holm dingen niet zo recht zag, werden bijna alle nieuwe huizen ook scheef gebouwd, zoals het oude stadshuis. Na nog een middeleeuwse achtertuin te hebben bekeken, gingen we richting de bekende kerk. Ook hier is brand geweest, alleen de laatste keer was dat in het jaar 2006 en ook weer door een … Holm.
Hierna gingen we naar het Borgå-gymnasium, die door een verdraaide bouwtekening 180 graden op de verkeerde kant werd gebouwd. Dit gymnasium was de tweede in Finland en hier had Czar Alexander I een dans met een aantrekkelijke jongedame die haar waaier ’per ongeluk’ liet vallen. Een waaier had in die tijd de functie die nu te vergelijken is met een emoji. En de waaier laten vallen betekende, ik wil je wel graag wat beter leren kennen. Terwijl Alexander al getrouwd was. Vervolgens begon het te regenen en werd het looptempo opgevoerd om nog de Linnamäki van Porvoo te kunnen zien. Het uitzicht vanaf deze oude historische plaats was niet veel veranderd sinds Albert Edelfeldt hier een van zijn vele schilderijen maakte. Heuvel afwaards gingen wij via de Jokitie langs de bekende rooie werven weer naar het centrum. Omdat wij onder leiding van een gids waren, mochten wij een ’particulier gebied’ bezoeken. Hier was een huis waar Czar Alexander verbleef tijdens zijn bezoek. Vervolgens liepen we nog langs een oud pakhuis, en toevalligerwijs zag ik daar nog een gedenkteken van een Hollander, alleen wel geschreven als Holländer.
Dave Bekkema
HET VERHAAL OVER HET BELEG EN ONTZET VAN LEIDEN
Hoe zit het eigenlijk met onze viering van het Leidens Ontzet, vroeg ik me een tijdje geleden af. Wat vieren we eigenlijk en waarom vieren we het in Finland?
Bij het opruimen (wat moet je anders doen tijdens de corona?) kreeg ik de tekst in handen van de 3 Oktoberlezing van 2013. Deze lezing hoort thuis in een rij 3 Oktoberlezingen, in de loop der jaren gehouden door mensen, die echt van wanten weten. De tekst van het interessante boekje waar ik hier op doel, heeft als titel: ‘De les van Leeuwtje. Kinderboeken over het beleg en ontzet van Leiden’, geschreven door Lotte Jensen, die op dit moment het hoofd is van de afdeling culturele en literaire historie aan de Nijmeegse Radboud Universiteit. Deze tekst gaf me een leidraad in handen voor het onderstaande artikel.
Van de ene kant moeten we er bij dit thema van uitgaan, dat Leiden in 1574 een van de grote en belangrijke steden van de opstandige provincies, van Holland met name, was. Deze stad werd tweemaal na elkaar door de Spaanse troepen belegerd, maar hier gaat het met name over het tweede beleg door het Spaanse leger in 1574 en het uiteindelijk ontzet van de stad Leiden op 3 oktober van datzelfde jaar, bevrijd door het geuzenleger, dat in de dienst van Willem van Oranje stond. Dat deze stad Leiden toen belangrijk was voor de Staten van Holland maar ook voor de leider van de opstand, Willem van Oranje, blijkt wel uit het feit dat reeds in februari 1575 als dank voor het ontzet de universiteit van Leiden in het leven werd geroepen, een universiteit, die al snel in de zeventiende eeuw een van de meest begeerde reformatorische plekken van wetenschap in Europa zou worden.
Het Leids Ontzet als belangrijk feit gaat daarom niet over een strikt stedelijk of regionaal gebeuren, maar het kreeg meteen een algemene, nationale betekenis: een belangrijke Hollandse stad werd bevrijd van de gehate katholieke Spanjaarden en werd daarom beloond met de stichting van een reformatorische universiteit. De eigenlijke geschiedenis rond dit beleg en ontzet behandel ik hier overigens verder niet, omdat het me daar in dit artikeltje niet zonder meer gaat. Dat alles is gemakkelijk (via het internet bijvoorbeeld) op te zoeken.
Van de andere kant zijn er rond deze gebeurtenissen aan het begin van de Tachtigjarige Oorlog tegelijkertijd min of meer waar gebeurde overleveringen ontstaan, een soort sagen of verhalen, rond personen, die een belangrijke rol bij het gebeurde gespeeld zouden hebben. Bijvoorbeeld verhalen over de voorbeeldige burgemeester Van der Werff of over moedige Magdalena Moons; of verhalen over Cornelis Joppenszoon met z’n hutspot of over het in de titel van Lotte Jensens lezing genoemde Leeuwtje, een dappere jongen, die door zijn flinke gedrag tegenover de aanvallende Spanjaarden de held was van een van die overleveringen, en die voor zijn dapperheid met zijn leven moest boeten.
Over dit laatste verhaal wilde ik het hier nu hebben. Dit verhaal is namelijk in talloze variaties en met vele strekkingen (een soort interpretatie van de auteur van het verhaal) in een menigte boeken en boekjes (meer dan dertig) in de loop van de bijna vierhonderdvijftig jaar na het Leidens Ontzet doorverteld. Zelfs in onze twintigste eeuw zijn er nog twee boeken met dit thema verschenen.
(Opmerking: voor een goed algemeen overzicht over de historie van het beleg en ontzet van Leiden zelf en de overleveringen eromheen, zie bijvoorbeeld: https://historiek.net/leidens-ontzet-1574-hutspot-haring-wittebrood)
Geschiedenis is gebeurde geschiedenis en gebaseerd op feiten; verhalen (of sagen) eromheen echter zijn echter vooral fictieve en hopelijk spannend vertelde verhalen over het gebeurde. Uiteraard zijn die verhalen ook wel gebaseerd op de feiten (dus niet louter uit de fantasie van de auteur ontsproten). Maar toch … ze zijn min of meer fictief gekruid en verteld in teksten, die de lezer moesten boeien, anders zou geen kip het verhaal verder lezen. En dat is toch de bedoeling van zulke boeken niet! En dat vertellen gebeurde in dit geval inderdaad af en toe in literaire werken voor volwassenen (in gedicht- of prozavorm), maar vaker nog in werken voor jeugdigen (van jong tot oud) of zelfs in stripverhalen als Suske en Wiske (Het lijdende Leiden, 2011) en Donald Duck (Hutspot bij de Spanjaarden, 1997).
Bewerkingen van het thema ‘beleg en ontzet van Leiden’ (voor jeugdigen dus vaak bedoeld, maar zeker niet alleen voor hen), die verhalen begonnen eind achttiende eeuw en vooral in de negentiende eeuw bij bosjes te verschijnen, tientallen leesboeken alles bij elkaar.
In en na de tijd van de Verlichting (eind achttiende eeuw en verder), een beweging die pedagogisch beweerde, dat de mens opgevoed kon en moest worden om goed en gezond te kunnen leven, was zo’n verhaal en om vele redenen een literaire uitdaging. Want vaak bracht zo’n verhaal jammer-genoeg het gevaar met zich mee, allerhand uitdrukkelijke moraal (christelijk, burgerlijk of politiek) te preken, soms zelfs als van een kansel van bovenaf te prediken.
Dat we aan zo’n gepreekte moraal in onze tijd wel eens twijfelen of er in feite weinig behoefte meer aan hebben (aan die moralistische uitweidingen of tendensen dus), dat is wel waar en ook wel goed, maar toch …? Tot ver in de twintigste eeuw was de paternalistische overtuiging (in kerken, staat en maatschappij) heel sterk aanwezig, de gelovige of de burger, dus ook de jonge, schoolgaande jeugdigen werd tot allerhand moreel goed gedrag van bovenaf ‘gedwongen’. Vooral nadat in 1857 het vak geschiedenis verplicht schoolvak was geworden. In dit schoolvlak speelde de geschiedenis rond het beleg en ontzet van Leiden een belangrijke rol. Vooral de jonge mens was toch nog opvoedbaar! Dus moest hij streng en moreel waarlijk koste wat het kost opgevoed worden! Via de school, via de kerk of hoe dan ook!
Gelukkig zijn die strenge tijden uit het ‘rijke roomse of hervormde leven’ voor de meesten van ons verleden tijd. Maar misschien is die paternalistisch bemoeienis van bovenaf toch nog steeds een beetje aanwezig? Denken we alleen maar aan de neerbuigende en pedagogische manier, waarop Nederlandse of Finse regeringsleiders en ook anderen (deskundigen vaak) omgaan met hun onderdanen of patiënten, met ons burgers dus. Ik voel me in ieder geval af en toe bedreigd in het mij van bovenaf aangeprate ‘lidmaatschap’ tot de hoogste risicogroep in de heersende coronacrisis, jaja … En toch steekt ook daar zonder meer iets goeds in, dat zien we heus wel in! Want iedere mens en burger heeft voorlichting nodig, ook al is hij/zij zelf nog zo verlicht. Dat verlicht zijn doen en laten!
Er werd dus in verhalen met het genoemde thema een duidelijke boodschap gestopt, die godsdienstig kon zijn, maar ook (politiek gezien) nationalistisch, vaderlandslievend om het wat vriendelijker uit te drukken, en meestal gaat daarmee parallel oranjegezindheid. Willem van Oranje was toch, zeker na de afschuwelijke moord op hem, de onbestreden Vader des Vaderlands geworden?
De helden van veel boeken rond het Beleg van Leiden (Leidens Ontzet) waren vrijwel allemaal oprecht en belijdend protestant, het katholieke element werd immers juist in de tegenstander, in de oer-katholieke Spanjaarden, fel bestreden. De helden aan de gereformeerde kant waren flink, vrank en vrij, dapper en moedig en ze beminden hun medemens onder het volk (wat uiteraard een heel goede eigenschap is) op christelijke en/of human(istisch)e basis. Dat geldt zeker voor vrijwel alle figuren uit de (jeugd)boeken over Leidens ontzet tot en met die van de Tweede Wereldoorlog. Want daarna veranderde er toch wel iets.
De oranjegezindheid was overigens vrijwel altijd en overal sterker of zwakker in de verhalen aanwezig, ook al bezit de koning of de koningin (ondanks onze trouwe koningsvieringen met Wilhelmus en al) zeker nu niet meer de onaantastbare positie die zij nog lang hadden, in de negentiende eeuw vooral.
De godsdienstigheid was er vaak negatief in aanwezig in de vorm van een felle en scherpe tegenstelling tussen pro-protestant en anti-katholiek. En dat laatste ontaardde soms in de boeken van eind negentiende en begin twintigste eeuw in een nu toch wel onbegrijpelijk heftig anti-papisme (zeker in de acht boeken die rond het jubileumjaar 1875 verschenen). En het woord ‘paap’ is hier echt niet vleiend of plagend bedoeld, maar min of meer als scheldwoord. Lang daarna pas vlakte die negatieve tendens af tot een meer moderne, tolerantere houding tegenover elkaar, christelijk denkend in oecumenische termen, zodat eenieder zonder gestoord te worden zalig kon worden via zijn eigen levensopvatting.
Het achttiende- en negentiende-eeuwse principe kan scherp uitgedrukt worden in de volgende zinsnede: ‘Twee geloven op één kussen, daar zit de duivel tussen!’. Dat geldt echter tegenwoordig steeds minder, lijkt me. Bij ons thuis in ieder geval niet. Het relativeren van de eigen levensopvatting dringt steeds meer naar voren, zoals Pilatus al zei of vroeg: ‘Wat is waarheid?’ Niemand weet het meer precies, honderd procent, er heerst tegenwoordig hopelijk steeds meer respect voor andermans opvatting, al zoeken we wel gezamenlijk naar de/een waarheid. Maar toch … niemand heeft die nog in pacht. Daar ga ik in ieder geval graag van uit!
Was nu het tolerante (Erasmiaanse) denken helemaal onbekend in de negentiende eeuw? Nee, zeker niet. Als sprekend voorbeeld zou ik hier een boeiend verhaal over het genoemde thema naar voren willen halen, geschreven door een van de bekendste Nederlanders van toen, de veel gelezen schrijver van alom gelezen (nu nog steeds!) historische romans: Jacob van Lennep. Hij schreef al in 1855 het verhaal ‘Drie jongens bij het beleg van Leyden‘, dat verscheidene malen opgenomen werd in latere herdrukken van zijn werk, een verhaal met een opvallend tolerante strekking over een vriendschap tussen de katholieke Gijsbrecht, de protestantse Willem en de dappere protestantse held Leeuwtje. Dit verhaal getuigde toen van een nogal moderne instelling tegenover godsdienst en idealistische dapperheid, samen met als vaderfiguur hierachter, burgemeester Van der Werff. Dit was wel een heel andere literaire benadering van het beleg en ontzet van Leiden dan we in de meeste andere verhalen tot de Tweede Wereldoorlog (en soms ook nog erna) lezen.
”Van Lennep houdt zijn jonge lezers een verzoeningsgezinde boodschap voor door de nadruk op de vriendschap tussen de ravottende jongens te leggen. Hoewel ze een verschillend geloof belijden, kunnen ze toch de beste vrienden zijn. Religieuze verschillen zijn dus te overbruggen. Daarmee liet Van Lennep een verrassend modern geluid horen: tot ver in de twintigste eeuw namen de meeste schrijvers van kinderboeken over het Leids Ontzet juist een uitgesproken protestants standpunt in.” (Lotte Jensen)
De nationalistische of (vriendelijker gezegd) vaderlandslievende strekking van de Leids Ontzet-verhalen leefde vooral sterk onder het volk in het nieuwe Koninkrijk der Nederlanden na de trieste en traumatische Napoleontijd, dus na 1815. Deze tendens kwam nog even (en dit ook nu nog te begrijpen) tijdens de Tweede Wereldoorlog aan bod, als uiting en symbool van vrijheidsdrang tijdens onderdrukking, als verzet tegen de Duitse bezetter van toen. Dit boek van A.D.Hildebrand, ‘Postduiven voor de prins. Beleg en ontzet van Leiden‘ (1941), heb ik wat later, toen ik nog een schooljongen was, graag gelezen.
Daarna werd het verhaal rond het beleg en ontzet van Leiden echter steeds neutraler en wat de strekking betreft onschuldiger, het werd meer gewoon: een spannend nationaal verhaal zonder een expliciete boodschap. Het werd meer een typisch, algemeen verhaal voor jeugdboeken, beeldverhalen of stripboeken, waarin het vooral ging om de vlotlezende spanning van een boeiend historisch verhaal, helemaal al in de stijl van bestsellers of thrillers van nu. En vooral ging het om de psychologie van de optredende personen. Maar toch blijft staan: het ging bij het verhaal over het Leidens beleg en ontzet van 1574 niet alleen om een regionaal, maar vooral om een algemeen Nederlands, belangrijk nationaal volksverhaal. Goed zo!
Omdat het verhaal over het Leidens Ontzet in de symboliek neutraler is geworden, dus voor de meesten van ons zonder meer te accepteren, en tevens, omdat het in een gezonde zin ook een algemeen, gewoon vaderlandslievend thema zonder romantiek of bepaalde strekking is geworden, lijkt me de viering ervan in buitenlandse verenigingen zoals de NViF (zoals ook de vieringen van Sinterklaas en Koningsdag) als jaarlijkse en traditionele herfstviering helemaal op z’n plaats.
Hoe en wanneer en waar die jaarlijkse vieringen in het programma van de NViF terecht gekomen zijn, daarover zou een ander verhaal te schrijven zijn, maar het was me nu belangrijk, iets meer te zeggen over het verhaal zelf van het beleg en ontzet van de stad Leiden in 1574 en de telkens veranderende betekenis ervan in de loop der tijden voor ons, Nederlanders.
Het verhaal is dus in de loop van de eeuwen een voor iedere Nederlander zinvol en algemeen Nederlands verhaal geworden, zonder meer geschikt om het niet alleen in Leiden, maar ook in het buitenland onder de Nederlanders als Leids ontzet-bijeenkomst te vieren, als een herfstfeest, waar we als landgenoten bij elkaar willen komen om elkaar na een lange zomer weer te begroeten en om daarbij gezellig bij te praten. Dat alles met witbrood en haring, hutspot en een daarbij passend drankje. Wat kan daar nou tegen zijn?
Peter Starmans