Nieuws van de ambassade September 2022

Nieuws van de ambassade:

 

Graag houden wij u op de hoogte van nieuws en activiteiten van de Nederlandse ambassade in Finland.

 

Jari Litmanen kwam lunchen

Op 23 augustus jl. was het precies 30 jaar geleden dat voetballegende Jari Litmanen zijn debuut maakte in AFC Ajax. Om die speciale gelegenheid te markeren, had de ambassadeur Jari en zijn vrouw Ly uitgenodigd voor een lunch in de residentie. En u raadt het al; de lunch vond plaats op 23 augustus! Litmanen was een cruciale speler in het Ajax-team dat in 1995 de Champions League won en hij was immens populair; veel pasgeboren baby’s in Nederland kregen rond die tijd de naam ‘Jari’ 😊. Jari is een levende legende, zowel in Finland als in Nederland. Toen Ajax eerder dit jaar landskampioen werd, was het Jari Litmanen die de ploeg de kampioensschaal uitreikte.

Andere gasten bij de feestelijke lunch waren de burgemeester van Lahti, Pekka Timonen, de voorzitter van de Finse voetbalbond, Marco Casagrande, voormalig bondscoach van het Finse nationale team (1987-1992) Jukka Vakkila, Joonas Kolkka en Petri Tiainen. Joonas heeft ook voor diverse Nederlandse club gespeeld, waaronder PSV. Daar is hij de afgelopen 10 jaar jeugdtrainer geweest. Petri Tiainen heeft bij Ajax gespeeld van 1986 tot 1989.

Ajax-directeur Edwin van der Sar moest helaas op het laatste moment afzeggen om bij de lunch aanwezig te zijn, maar hij was er toch een klein beetje bij via een videoboodschap die hij voor Jari had opgenomen. Daarnaast stuurde Ajax een mooi wedstrijdshirt met rugnummer 30 en de naam Litmanen.

Jari spreekt nog steeds hartstikke goed Nederlands. Hij heeft nog veel vrienden in Nederland en brengt er regelmatig een bezoek.

 

Bezoek aan Oulu
Op 6 en 7 september bracht de ambassadeur een bezoek aan Oulu. Samen met Miina Ojanperä, Policy Officer for Trade & Innovation van de ambassade bezochten zij onder andere de universiteit, het universiteitsziekenhuis en diverse bedrijven zoals Nokia en Ôura. Thema’s die centraal stonden waren 6G, healthtech, innovatie en samenwerking. Daarnaast was er een ‘Meet & Greet’ met de Nederlandse gemeenschap. Het bezoek werd begeleid door Jouko Niinimäki, rector van de universiteit van Oulu. Jouko is de honorair consul van Nederland in de regio Oulu.

World Press Photo-tentoonstelling
Van 19 augustus tot 8 september was we­derom de World Press Photo-tentoonstelling te zien in Sanomatalo naast het centraal station in Helsinki. Na twee jaar afwezigheid door Covid-19 was het de 8e keer dat de tentoonstelling in Helsinki te zien was.

World Press Photo organiseert jaarlijks ‘s werelds grootste en meest prestigieuze fotografiewedstrijd. Na de wedstrijd worden de foto’s bijeengebracht in een reizende expositie die door meer dan één miljoen mensen in 35 landen wordt bekeken. De World Press Photo-organisatie is opgericht in 1955 en zetelt in Am­sterdam.

Design Diplomacy evenement in de residentie
Nederland was wederom vertegen­woordigd tijdens de Helsinki Design Week (HDW). Dit jaarlijkse designfestival vond plaats van 1 tot 11 september. In de residentie van de ambassadeur vond het Design Diplomacy-event plaats. De mogelijkheid om aan te melden was open voor iedereen en het event was binnen een mum van tijd volgeboekt. Het is een unieke kans om Villa Kleineh, de residentie, van binnen te kunnen bekijken. Het concept van het evenement is dat een Nederlandse designer en een Finse designer aan de hand van een kaartspel met vragen met elkaar in gesprek gaan. Soms komt er een blanco kaart en dat is het moment voor het publiek om hun vraag te stellen. Dit concept werd zes jaar geleden door de HDW geïntroduceerd en de ambassade was destijds de eerste ambassade die hieraan deelnam. De Nederlandse designer dit jaar was Dries van Wagenberg. Hij werkt voor de Dutch Design Foundation en is programmamanager voor het ‘What if Lab’. Dit koppelt relevante opdrachtgevers aan getalenteerde ontwerpers, zodat ze samen kunnen werken aan oplossingen voor uitdagende ontwerpvraagstukken.

Herfst!
De mooie zomermaanden zijn helaas alweer voorbij. Het is tijd voor een nieuw seizoen, de herfst. Het wordt weer vroeger donker, de bladeren vallen van de bomen. Elk seizoen heeft een eigen charme. Maak het gezellig in huis, steek kaarsjes aan en kruip onder een dekentje op de bank. 😉

Wij wensen u een goede herfst!

Een vriendelijke groet van het ambassadeteam.

Blijf op de hoogte
Blijf op de hoogte van nieuws gerelateerd aan Nederland/Finland en volg onze Facebook-pagina en/of Twitter. U leest er onder andere over activiteiten in Finland met een Nederlandse component op het gebied van cultuur, handel & innovatie en publieksdiplomatie.

Facebook: netherlandsembassyhelsinki
Twitter: @NLinFinland
Website: https://www.nederlandwereldwijd.nl/finland



Jari Litmanen te gast in de residentie

Bezoek aan Oulu

Design Diplomacy-evenement in de residentie

 

 


Kunst en natuur

Eruption

In 2019 won ik in Stockholm op de Supermarket Art Fair een prijs: exposeren in Galleria Huuto in Helsinki. Het werd door corona steeds uitgesteld maar nu is het zover. Huuto is een non-profitgalerie gerund door meer dan 100 professionele kunstenaars. Ze bestaan 20 jaar en staan op het punt om te verhuizen naar een nieuwe plek. Ik vond het een kans om Helsinki en de kunstwereld hier te ontdekken en boekte een appartement voor een maand. In Nederland werk ik behalve in mijn atelier ook in mijn galerie, waar ik onder andere werk met kunst uit andere culturen, zoals Afrikaanse kunst uit oude verzamelingen. Ik kwam daarmee in aanraking door mijn ouders die allebei kunstenaar zijn. Mijn vader had in het verleden Picasso nog ontmoet en had gezien hoe westerse kunstenaars door deze kunstvormen zijn geïnspireerd en beïnvloed. Wij groeiden op met de beelden en maskers om ons heen.

Ik woon in een huis met galerie, atelier en een paradijselijke stadstuin; voor mij is dat één wereld waarin ik mensen ontvang. In Galleria Huuto zijn alleen mijn schilderijen te zien.

Helsinki; ik ben er nu 3,5 week en vind het een prettige, veilige stad waarin ontzettend veel te zien is op het gebied van kunst . Ik was verrast door het Sinebrychoff-museum en de appartementen Taidekoti Kirpala en Appolonkatu 23, maar ook het HAM-museum en Kiasma en de vele galeries.

De botanische tuinen en Seurasaari waren prachtig. Ik wil ook de bibliotheek noemen, behalve dat het een prachtig gebouw is vond ik het ontroerend. Toen ik aankwam waren er moeders met hun baby’s in een kring aan het dansen op het plein ervoor. Binnen is er plaats voor pubers, schakers, muzikanten, naaimachines, werkplekken en een kinderspeelplaats en alles werd intensief gebruikt, prachtig.

Een van de eerste dagen namen André, Andy, Anniek en Guido me mee naar Nuuksio; een van de hoogtepunten om te zien en superfijn om zo’n ontvangst te hebben in Finland! Nog heel erg bedankt daarvoor. De Finnen zijn erg aardig, ook in het samenwerken, en bescheiden. Ik heb veel contacten maar niet bij mensen thuis.

 

Voor mij is het tot dusver fantastisch, er zijn veel inhoudelijke gesprekken geweest met kunstenaars en we volgen elkaar nu op Instagram. Je weet nooit waar iets toe kan leiden. Het is een prachtige ervaring!

Sanne Nies

www.salonsalon.nl
www.GalleriaHuuto.fi

 

A Japanese day

Dag’s Bouquet


Mkb’er in de spotlight: René Kromhof

Mkb’er in de spotlight: René Kromhof

1) Wanneer ben je met je bedrijf in Finland begonnen en wat doe je precies?

Ik ben in 2018 vanuit Zwitserland verhuisd naar Finland en vrij snel daarna ben ik met Quintus begonnen. Daarmee adviseer ik andere start-ups en nu in die vier jaar heb ik ook in een stuk of acht bedrijven geïnvesteerd. Dit zijn jonge start-ups en in een domein waar ik wat aan bij kan dragen.

2) Zou je dit bedrijf of iets soortgelijks ook in Nederland begonnen zijn?

Ja absoluut. Ik had dat ook in Nederland opgezet. Ik had geen zin om direct weer in één bedrijf te stappen en zat dus meer op het pad om bedrijven te adviseren en erin te investeren. Want ook in Nederland is er een goed start-upklimaat.

3) Wat vind je van het ondernemersklimaat in Finland?

Als je naar Finland kijkt, is de hoeveelheid investeringen in start-ups vrij hoog in vergelijking met de rest van Europa. Het wordt vanuit de overheid gestimuleerd om een goed start-upecosysteem te creëren en dat merk je. In de omgeving van het kantoor in Helsinki waar ik werk zit het ook vol met start-ups en investeerders. Het merendeel speelt zich sowieso hier af. Het belastingklimaat en immigratiebeleid is daarentegen voor verbetering vatbaar. Finland is na Malta het tweede vergrijsde land in Europa. Er zijn dus mensen van buitenaf nodig en Migri is zwaar bureaucratisch, waarbij je tegen allerlei onnodige problemen aanloopt. Het is een beetje een spagaat. Helsinki wil het allemaal goed neerzetten en dat lukt aardig, maar het belasting- en migratiesysteem doen precies het tegenovergestelde. Alsof je 200 km/u probeert te rijden met de rem erop.

4) In hoeverre denk je dat je Nederlanderschap helpt of niet helpt bij je activiteiten?

Over het algemeen is het prima om Nederlander te zijn als je in het buitenland komt. We zijn over het algemeen geliefd en het ondernemerschap zit ook een beetje in ons DNA. De start-ups zijn hier heel erg bezig om een goed(e) product of dienst te maken en minder gericht op verkopen. Wij doen het vaak andersom en denken vaak later aan hoe we het precies gaan vormgeven, wat natuurlijk ook niet altijd goed is. Ik kan op dat vlak best veel bijdragen hier.

5) Wat zijn je plannen voor de toekomst?

Ik blijf doen wat ik nu doe. Ik heb een soort van bijbaantje bij een bedrijf in venture capital en misschien dat ik daar meer ga doen, maar voorlopig blijf ik doen waar ik nu mee bezig ben. Ik sluit niet uit dat ik ooit nog ergens fulltime aan de slag ga, weer met mijn handen in de modder, maar dat moet ik nog zien.

 


ACTUALITEITEN in het NEDERLANDS, vergeleken met het FINS

De laatste jaren is er in Nederland en Vlaanderen een talige discussie op gang gekomen, die heel goed gespiegeld kan worden aan feiten van de Finse taal. Het gaat bijvoorbeeld om de persoonlijke voornaamwoorden hij/zij, verder over het gender (= sekse) bij titels of beroepsnamen en tenslotte ging het tussendoor ook over de uitspraak van het Fins, vergeleken met die van het Nederlands. Over de eerste twee zaken wilde ik nu het een en ander zeggen. Over het derde misschien een volgend keer.

 

Beginnen we met een vrij uitvoerig citaat uit de laatste ‘Onze Taal’ (van september, nummer 8/2022) van de hand van de redactie met als kopje ‘Nieuwe adviezen over genderbewust taalgebruik’: ”Hoe zorg je ervoor dat je een tekst schrijft waarin je niemand uitsluit op basis van gender? Hoe verwijs je naar iemand die non-binair is? Noem je een vrouw die voor de klas staat een ‘leraar’, een ‘lerares’ of een ‘leerkracht’? Het is slechts een greep uit de vele vragen die de laatste jaren steeds vaker gesteld werden aan de taaladviesdiensten in Nederland en Vlaanderen …”.

Bij de allerlaatste zin kan ik alleen maar positief zeggen, dat in ieder geval in taalkringen steeds meer aandacht ook uitgaat naar de Vlaamse taal en cultuur. Nederland wordt langzaamaan weer de Nederlanden, Nederland samen met Vlaanderen. Fijn zo!

Maar de eerste twee door mij bedoelde thema’s staan in de geciteerde tekst duidelijk geformuleerd: 1) het gendergebruik in de taal en 2) de titulatuur, hoe je dus iemand wat betreft zijn/haar taak kunt benoemen. Over de uitspraak van de beide talen wordt hier verder nog niets gezegd, dat is bij wijze van spreken dus van mij uit gezien een toetje na de maaltijd.

 

  1. ‘Binair’ en ‘non-binair’. Hij/zij en …?

 

Bij ‘binair’ vind-je uitvoerig (via het internet), en wel uit maar liefst 14 verschillende woordenboeken, het woord binair als volgt gepreciseerd: het is vooral computertaal rond de 1 en de 0. Of in Mijn Woordenboek, voornamelijk voor scholieren bedoeld en gemaakt, staat puntgewijs onder het woord ‘binair’: ”1) Computerterminologie 2) Dubbel 3) Muziekterm 4) Paarsgewijze 5) Tweedelig 6) Tweeledig 7) Tweetalig 8) Tweetallig 9) Tweetallig rekenstelsel 10) Tweetallig rekenstelsel bestaande uit 1 en 0 11) Tweevoud 12) Tweevoudig.” Een mond vol dus als antwoord op ‘binair’! Bijna zoals de twaalf apostelen, maar toch … één ding is duidelijk: het gaat uitsluitend over twee ietsen, 1 en 0, punt uit! Mijn Prisma-woordenboek zegt: ”tweedelig, tot een tweetalig stelsel behorend”. In een Vlaamse muziekencyclopedie staat: ”tweeledig. Meestal gebruikt als aanduiding van een tweedelige maatsoort”. In een heraldisch woordenboek vinden we: ”Tweeledig: nacht/dag, aan/uit, man/vrouw”. Dat is nu wel voldoende, want uiteindelijk vinden we als voorbeeld de twee ietsen geconcretiseerd als man/vrouw! Het gaat klaarblijkelijk tegenwoordig vooral om deze twee tegenover elkaar gestelde eenheden.

Bij ‘non-binair’ (ook soms wel ‘niet-binair’) (= transgender) volgt echter een verrassend ander soort verklaring of verduidelijking: ”zich noch als (volledig) man noch als (volledig) vrouw identificerend”. Hier is misschien een verder citaat uit ‘Onze Taal’ verhelderend: ”Genderbewust taalgebruik is taalgebruik ‘waarin zowel vrouwen, mannen als non-binaire personen zich kunnen herkennen, waarin niemand uitgesloten wordt, en waarin niet één gender of sekse dominant is’, zo vat het persbericht het samen.”. Dus niet slechts twee soorten personen, man of vrouw, maar meerdere soorten personen, niet zonder meer man of niet zonder meer vrouw, oftewel transgender, anders en evenveel waard in ieder geval als man of vrouw, dus als hetero’s! Het Prisma-woordenboek formuleert ’transgenderist’ als volgt: ”iemand die zich man en vrouw tegelijk voelt”. Dus niet zonder meer een homofiel of lesbofiel iemand.

 

En hier zijn we nu bij het talige probleem van tegenwoordig: vooral stoort, dat de persoonlijke voornaamwoorden ‘hij/zij’ eventueel andere persoonlijke pronomina, minder mannelijk of minder vrouwelijk, uitsluiten. Andere personen, of dat nu homoseksuelen dus transgender zijn, blijven dus in de taal naast de benoemde heteroseksuelen dus eigenlijk onbenoemd; en dat in een moderne wereld, waar de mensen steeds meer weten, dat er behalve het gender ‘man’ of ‘vrouw’ vele reële varianten bestaan, die ook hun rechten hebben en talig benoemd willen worden. Logisch dat zij die homoseksuele rechten, of lesboseksuele rechten, of transgenderrechten voor zichzelf opeisen.

En jawel hoor, in de Zweedse taal hebben de taaldeskundigen misschien een oplossing voor dit probleem gevonden: de officiële Zweedse taaladviesdiensten raden al enige tijd aan, niet meer ‘han’/’hon’ (= hij/zij) uitsluitend te gebruiken, maar het algemenere ‘hen’ of eenvoudigweg (en beter) ‘die’! Of dat ‘hen’ in de Zweedse schrijf- of spreektaal al veel navolging gevonden heeft, weet ik verder niet, maar toch is het een al vaker nagevolgde officiële aanbeveling van bevoegde Zweedse taalkundigen geworden. En waarom ook niet? Het past namelijk goed wat klank en vorm betreft in het Zweedse taalsysteem! En waarom in het Nederlands of Vlaams dan niet? Daar wordt fel over gediscussieerd, want het beantwoorden van die vraag is nog steeds niet zonder meer duidelijk. ‘Hen’ past eigenlijk niet en schept alleen maar talige verwarring! Hij of zij of hen zegt, dat bekt in het Nederlands niet goed en is (en blijft?) vreemd. Daar gaat het toch om. Om het maar heel cru te zeggen: dat lust het Nederlandse volk, de Nederlandse mensen, waarschijnlijk niet, ook niet degene personen, die het woordje ‘hen’ hier betreft.

 

Overigens wijzen maar weinig Nederlandse taaldeskundigen op het feit, dat dat Zweedse ‘hen’ in dit geval vrijwel zeker haar oorsprong heeft in de Finse taal, waarin ‘hän’ al eeuwenlang het gewone persoonlijke voornaamwoord is, neutraal en gendervrij, slaande op man, vrouw of wat dan ook voor een persoon. En … de Zweden hebben toch honderden jaren lang over de achterprovincie Finland geheerst en Zweeds is nog steeds de officiële tweede taal van Finland, al is de sterkte en kracht ervan steeds minder aan het worden. Die eeuwenlang over Finland heersende Zweedstaligen zullen gegarandeerd ook normaal talig contact hebben gehad met de hen omringende Finstaligen, zodat de Rijks-Zweden via hun bondgenoten in Finland heel goed op het idee konden komen, een derde persoonlijk voornaamwoord ‘hän’ in hun rijkstaal over te nemen: ‘hän’ wordt dan op z’n Zweeds geschreven als ‘hen’. Oké, waarom ook niet.

Maar … in het Nederlands is ‘hen’ voor ‘hij/zij’ toch nogal verwarrend en dus niet zonder meer in deze vorm gelukkig gekozen, andere mogelijkheden zijn er vele voorgesteld maar het echt passende woord is nog niet gevonden en het is maar de vraag, of zoiets als ‘hij/zij’ in de Nederlandse algemene taal (onze volkstaal) zo maar vervangen of aangevuld kan of wil worden. Dat proces duurt lang, misschien wel eeuwen! Daarin is het veranderen van algemene taal toch wel conservatief, de meeste mensen zijn toch blij met wat ze hebben en ze houden daaraan vast en … een voorstel van boven, door taaldeskundigen, wordt door de normale doorsneeburger geaccepteerd of niet, langzaam (maar zeker) of niet. Tot nu toe nog niet, maar ik ben geen profeet. Misschien wordt er een goed en acceptabel transgenderwoord voor gevonden en ingeburgerd, maar voorlopig is het nog niet zo ver!

 

  1. Titels en beroepsnamen

 

Iets wat hiermee samenhangt is de titelgeving of beroepsnamen van mensen om ons heen. Daarover is heel wat te zeggen!

Een man kan een hoge titel hebben, een vrouw ook. Koningin Elisabeth II is gestorven en werd opgevolgd door Koning Karel III; Koningin Beatrix is opgevolgd door Koning Willem-Alexander. Zulke eenmalige en hoge titels kent de Finse taal natuurlijk ook: ‘Kuningatar Elisabeth ja kuningas Charles; kuningas Willem Alexander ja kuningatar Maxima.’ Datzelfde geldt voor van oudsher geheiligde titels zoals: ‘hertog/in, hertua/tar; graaf/gravin, kreivi/tär’, maar dan is de eensgezindheid min of meer op.

Want vrijwel alle titels in Finland hebben maar één talige vorm, of dat nou de president/presidente (= ‘presidentti’) is of de rector/rectrice (= ‘rehtori’) van de school is.

Mannelijke en vrouwelijke vormen zijn overigens talig in principe wel mogelijk, maar ze zijn in de loop van de tijd in het Fins weggesleten of ‘ontwaard’, zodat de Finse man en vrouw zich tevreden moeten stellen met maar één vorm, de traditioneel ‘mannelijke’ vorm, maar niet meer mannelijk als zodanig aangevoeld. Directeur/directrice (= ‘johtaja’), dus het betreft een man of vrouw: ‘johtajatar’ zou wel mogelijk zijn, maar klinkt min of meer ouderwets, belachelijk of heel erg officieel; de buur, buurman of buurvrouw, is gewoon ‘naapuri’, of man of vrouw: ‘naapuritar’ zou nauwelijks nog geaccepteerd kunnen worden. Dat betekent echter niet, dat vrouwen in Finland niet geëmancipeerd zijn of zich altijd maar aan de mannen moeten aanpassen of achter hen aan moeten lopen. Dat doen ze hier zeker niet. Het tegendeel zou in Finland zelfs wel eens waar kunnen zijn! Maar het betekent wel, dat vrouwen een talig ingeburgerde beroepsnaam (in de oorspronkelijk ‘mannelijke’ vorm) zonder protest als gewoon en gelijkberechtigd aanvaarden, er dus wat betreft de innerlijke gevoelswaarde niet de minste moeite mee hebben zo’n benaming of betiteling als normaal en passend te accepteren.

Een ‘opettaja’ is een leraar/lerares, een man of een vrouw, oké wel, maar is de sekse wel zo belangrijk als die mens, de persoon in kwestie (of man of vrouw), geschikt is voor zijn/haar vak en het goed doet? Een ‘sihteeri’ is gewoon de secretaresse van de directeur of de secretaris van de ambassade. Punt uit. Zij of hij doet haar/zijn werk goed en wordt er (min of meer goed) voor betaald. Ieder doet zijn/haar werk (= ‘hänen työ’, maar één talige vorm!)), als man of als vrouw. En of daar eventueel een transgender persoon werkt, doet talig helemaal niets ter zake.

 

Is het nu zo belangrijk of een kunstenaar/kunstenares (= ’taitelija’) een man of een vrouw is of iemand anders? Ze worden hopelijk geaccepteerd zoals ze zijn. Datzelfde geldt voor pianist/e, schilder/es (= ‘pianisti’, ‘maalari’) en ga zo maar door.

Sterker nog: er zijn beroepsnamen, die een nog uitgesprokener ‘mannelijke’ vorm hebben, ‘puhemies’ (voorzitter/voorzitster), ‘esimies’ (chef/fin) ‘puuseppä’ (timmerman/timmervrouw?), ’työmies’ (arbeider/arbeidster). De Finse woorden ‘mies’ (= man) en ‘seppä’ (= smid) zouden eventueel beledigend kunnen zijn, maar zijn het niet! De voorzitter/voorzitster (= ‘puhemies’) van het Finse parlement was vaker (en dat jarenlang en goed) een vrouw, maar ik kan me niet herinneren, dat iemand zich over dit algemeen gebruikte ‘mannelijke’ woord ook maar enigszins druk heeft gemaakt. Misschien wel in humor of satire, maar zeker niet serieus. Maar ja, de gevoeligheid van het Nederlandse en het Finse volk voor benamingen ligt in onze landen talig nu eenmaal anders. En dat is historisch zo gegroeid. En er bestaan ook talen, waar het mannelijke of vrouwelijke in ‘waarde’ nog sterker of beter gezegd anders benadrukt wordt dan in het Nederlands of het Fins.

Dus het is maar de vraag, of zoiets op korte termijn wel veranderd kan worden of zich als vanzelf in de loop van de tijd verandert (of niet). Sanna Marin is een internationaal opvallende jonge vrouw, en zij is de Finse ‘pääministeri’ (= premier). Maar misschien loopt het Nederlands hier parallel met het Fins, want wat zou de vrouwelijke vorm van premier kunnen zijn? Première? Nee toch!

 

Laten we het dit keer maar hierbij laten. Wellicht een volgende keer verder, bijvoorbeeld over de uitspraak van het Nederlands en het Fins.

 

Peter Starmans


De scholen zijn weer begonnen!

Al decennialang voert Veilig Verkeer Nederland aan het begin van het schooljaar de slogan ´De scholen zijn weer begonnen´. Wanneer ik als kind voorbij die slogan liep, vond ik het altijd een open deur, want dat was mijn wereld, dus dat wist toch iedereen wel? Inmiddels als ouder en leerkracht weet ik hoe belangrijk het is dat onze kinderen veilig naar school kunnen. Niet alleen door het verkeer heen, maar ook dat ze zich fysiek en mentaal veilig voelen.

In Finland kunnen we sinds half augustus ook volmondig zeggen dat de scholen weer zijn begonnen, zowel de Finse, internationale en Europese dagscholen als ook de NTC Polaris, onze eigen Nederlandse school in Finland.

Op 13 augustus heeft de schoolleiding met het bestuur en de leerkrachten het schooljaar afgetrapt met een efficiënte en ook gezellige jaaropeningsvergadering, waarbij we een aantal nieuwe gezichten onder de leerkrachten en de klassenassistenten hebben mogen verwelkomen. Daardoor konden we als team de kinderen – van de peutergroep tot en met groep 8 van de basisschool – en hun ouders vanaf 20 augustus goed voorbereid ontvangen voor het nieuwe schooljaar.

Doordat de coronaregels zoals die eerder gehanteerd werden opgeheven zijn, kunnen leerlingen weer met meer groepen tegelijk in de kantine lunchen. Gezellig voor de kinderen om dan hun broertjes en zusjes uit andere klassen te kunnen zien. De eerste lunch werden we allemaal verwend door het bestuur en de schoolleiding met een heerlijke boterham met hagelslag, vlokken of vruchtenhagel. Stralende oogjes, blije gezichtjes. Verschillende ouders hadden daarvoor ook meteen hun handen uit de mouwen gestoken. De ouders kunnen gedurende de les in de kantine onder het genot van een kopje koffie ongedwongen met elkaar en bestuur en schoolleiding een praatje maken.

Tijdens de tweede lesdag hebben we als leerkrachten de ouders van onze eigen leerlingen in het fysieke klaslokaal kunnen ontvangen. Persoonlijk vind ik dat erg fijn, zo heb ik daar kunnen vertellen en laten zien wat we dit schooljaar van plan zijn, ook in de digitale Google Classroom. Voor mijn groep 3a is dat het beginnen met lezen en schrijven in het Nederlands. Omdat we ons bewust zijn van de hoge ambitie van deze doelstelling, vooral ook omdat de meeste kinderen in het Finse dagonderwijs nog naar de voorschool gaan, is de Nederlandse groep 3 van de NTC Polaris al jaren opgesplitst in twee leerjaren, 3a en 3b.

Daarnaast heeft de school dit schooljaar voor groep 3a en 3b een nieuwe lesmethode aan kunnen kopen: Lijn 3. Met gebruik van het digibordmateriaal van deze methode kunnen we de klanken en letters die opbouwen tot woorden en zinnen van de Nederlandse taal op een interactieve manier met de kinderen tot leven brengen.

De derde lesdag en de dagen daaromheen waren meteen van groot belang: we kregen de inspectie van de stichting Nederlands Onderwijs in het Buitenland (NOB) uit Nederland op bezoek. De inspecteur heeft in gesprek met schoolleiding, bestuur, ouders, leerlingen en leerkrachtenteam en door het bezoek aan fragmenten van lessen een indruk gekregen van hoe wij gezamenlijk op zaterdagen een veilig schoolklimaat creëren. Dat heeft geleid tot een mooie voldoende (de smaakjes waren onvoldoende of voldoende), waarmee wij voor de komende jaren weer aanspraak kunnen maken op een waardevolle subsidie en ondersteuning van de NOB.

Met de Kinderboekenweek die van 5 tot en met 16 oktober plaatsvindt en het vooruitzicht op onze culturele activiteiten, zoals het traditionele Sinterklaasfeest en de oranje gekleurde Koningsdag, hopen we er ook dit jaar weer voor de kinderen een mooi, leerzaam, gezond en veilig schooljaar van te maken.

Interesse in onze school? Neem een kijkje op de website www.ntc.fi.


Seizoen van de eindigheid

Onze zonnebloemen zijn meters hoog maar dragen nog altijd knoppen. Om eerlijk te zijn, betwijfel ik of ze nog gaan bloeien. Net als enkele rozen lijken ze geen besef te hebben van het seizoen. Rap lengen de nachten, het regent bijna iedere dag en als de zon af en toe doorbreekt, doet hij dat met meer gratie dan kracht. Voor een kort moment tekenen schaduwen zich dan af op de grond en schitteren de fijne druppels die zich vastklampen aan spinnenwebben of aan het groen van mossen en bladeren om maar niet door de grond te worden opgezogen. Het is het seizoen van de eindigheid, en dat moeten ook die druppels aanvoelen. Met Elias op zijn houten scooter en jou, Aleksis, in de draagzak, loop ik over het bospad waaraan we wonen. De varens zijn okergeel, maar verder is het bos nog verrassend groen.

Elias zet zijn scooter tegen een rots en aait over het sterretjesmos. ‘Hallo steen, hallo mos.’ De elementen van het bos doen een individualiteit vermoeden en verdienen dus een groet. ‘Hallo orava.’ Vervolgens wijst hij op een paddenstoel die geknakt op de grond ligt: ‘Paddenstoel rikki!’ De taal van je broer is een mengelmoesje van Fins en Nederlands. Heel vanzelfsprekend eigenlijk, en onschuldig ook. Hij is twee jaar oud. Niemand eist van hem dat hij foutloos spreekt. Wat maakt het uit als hij de woorden van zijn moedertaal mengt met die van zijn vadertaal? Hij is nog lerend, terwijl het bos al druk aan het vergeten is.

Je knikkebolt. Zo te zien heb je het prima in de draagzak, die onder je kin nat is van het kwijl. Misschien is het de warmte van mijn buik die jou zo tevredenstelt, of de wiegende beweging van het wandelen. Het kan ook zijn dat je gewoon geniet van de luxe te worden gedragen, als een toerist in een Londense dubbeldekker, en niets te hoeven dan te kijken. Of nee, het is niet eens kijken wat je doet, maar zien, het okergeel en het groen strelen je netvlies. Oranje knikkers van de lelietjes-van-dalen rollen door je blikveld en ook de kleinere bessen van het dalkruid die met hun donkere tint aan zuurstofarm bloed doen denken. De kleuren van de stervende zomer masseren je in slaap.

Je broer rijdt op zijn houten scooter van de heuvel af. ‘Linksaf’, zeg ik als we aan de rand van het bos bovenaan het rivierdal staan, maar hij wil rechtdoor, verder naar beneden. Donkere wolken dijen uit in de lucht boven ons, het is beter ons niet ver van huis te begeven.

We zitten op een zwerfkei, je broer en ik, en we kijken uit over gerooide akkers, naar de boerderijen en naar een hardloper aan de rivieroever. Jij rust op mijn buik. Aan je hangende hoofdje merk ik dat je slaapt. En waarom ook niet? Slaap jij maar, lieve kleine jongen. Slaap maar lekker. Het is zomaar een dag die gisteren of morgen had kunnen zijn – een anonieme dag van regen en zon. Maar het is ook een dag die eenmalig is. Vanochtend lachte je hardop, een week geleden deed je dat nog niet. Binnenkort rol je van je buik naar je rug, en niet veel later ga je kruipen. Het onbestaanbare wordt nieuw, dan routine en vervolgens oud, en dat proces lijkt zich van binnenuit te voltrekken. Als we sterven, vormt ons bloed bessen die door andermans blikveld rollen. En ooit worden we vergeten.

Slaap toch maar lekker. Ik pluk voor jou deze septemberdag.


Up, up and away!

Up, up and away! Met de Noorderzon naar het Noorderlicht. Dat zeiden wij altijd als iemand vroeg waar wij naartoe gingen verhuizen. En dan volgt natuurlijk de vraag waarom. En waarom niet! Soms moet je gewoon je hart volgen en de stap wagen. Wij wisten altijd al dat wij niet in Nederland zouden blijven, maar ja, welk land dan wel? In het verleden hebben wij gekeken naar Griekenland maar een kredietcrisis is ook niet alles. Het moet wel haalbaar zijn. Maar waarom dan Finland?

Als hobby fokken wij een raskat, de Ocicat. En via de katten zijn wij in 2014 voor het eerst in aanraking gekomen met Finland. Tijdens een bliksembezoek van twee dagen om een kater op te halen, zijn wij direct verliefd geworden op Finland. En zo hebben wij ook veel vrienden en kennissen opgedaan. Het plan was eigenlijk om medio 2020 al te gaan verhuizen maar een welbekend virus heeft even roet in het eten gegooid en ons gedwongen onze plannen uit te stellen. Halverwege 2021 hebben we uiteindelijk de knoop doorgehakt en zijn we begonnen met de voorbereidingen. Huis verkopen in Nederland en huis zoeken hier in Finland. Ik moet erbij zeggen dat wij daar ontzettend veel geluk mee hebben gehad. In januari hadden wij onze eerste bezichtiging en het was echt een schot in de roos. Een heel leuk huisje op de rand van Helsinki/Espoo. Perfect om mee te beginnen.

Dan de verhuizing zelf. Omdat wij 4 katten hebben was dat nogal een uitdaging. Wij wilden het ze niet aandoen om met de auto te gaan en het werd dus vliegen. Alleen mogen er maar 2 katten per vlucht in de cabine. Nou..dan ben je wel even bezig. En 22-02-2022 was het dan zover. De eerste vlucht met 2 katten. Gelukkig was het nog niet zo’n puinhoop op Schiphol als dat het nu is en verliep de eerste vlucht voorspoedig. De volgende dag met een vriendin weer terug naar Nederland om de andere twee katten op te halen en de laatste zaken af te ronden. Dus in 3 dagen had ik 4 vluchten. Ik wist niet dat je een jetlag kon krijgen van een uurtje tijdsverschil, blijkbaar wel. We wonen nu ruim 6 maanden in Finland en hebben ons en de katten goed de tijd gegeven om te wennen. En we moeten zeggen, het bevalt ons uitstekend! Nu op weg naar de volgende uitdagingen, de taal leren en werk. We hebben nog aardig wat in het verschiet.