75-jaar jubileum boek

Tijdens het jubileumfeest zal aandacht worden besteed aan de publicatie van het boek ‘Culturele banden van Finland met Nederland’, het jubileumboek van de NViF. Het is geschreven door Marcel Messing, Peter Starmans en Hans Verasdonck, met medewerking van
Henriëtte van der Woude, Arie Oudman en anderen. Het boek zal voor de kerst uitkomen, en
is, denken wij, een mooi kerstcadeau voor vrienden en familie.

 

 

De prijs van het boek bedraagt € 20. Tijdens de voorinschrijving, die loopt tot en met 17 november, zijn de portokosten (binnen Finland) in de prijs inbegrepen. Daarna bedraagt de prijs eveneens € 20, maar dan komen de verzendkosten er nog bij (naar alle waarschijnlijkheid ~ € 5). Het boek zal ook verkrijgbaar zijn tijdens de nieuwjaarsreceptie op 12 januari. Een link naar het inschrijfformulier voor het boek kunt u hier vinden. U kunt tevens contact opnemen met onze penningmeester. Een korte beschrijving van jubileumboek ‘Culturele banden van Finland met Nederland’

Het eerste hoofdstuk vertelt van de Finse heraldische leeuw, die zo lijkt op de Nederlandse leeuw. Geen wonder, want de leeuw is naar Scandinavië gekomen via de Nederlandse kunstenaar Willem Boy, die hem op een koningsgraf in Uppsala vereeuwigd heeft. Via navolgers van Willem Boy is de leeuw op den duur het officiële symbool geworden van Finland. 

In het tweede hoofdstuk wordt het verhaal verteld van de zaterdagschool in Finland; een uitermate boeiende geschiedenis, met veel gegevens van mensen, die aan het groot worden van deze Nederlandse school meegewerkt hebben. 

Daar zit muziek in, vandaar het derde hoofdstuk, over de orgelbouw en het orgelspel in Finland en Nederland, actueel geworden door intensieve contacten tussen de Sibelius Academie in Helsinki en het Amsterdams conservatorium.

Het vierde hoofdstuk gaat diep in op de geschiedenis van een bekende Nederlands-Finse familie, Van Gilse van der Pals, die vooral op muziekgebied – maar zeker niet alleen daar – de relatie tussen Finland en Nederland volop belichten.

In hoofdstuk 5 gaan we over naar een actueel thema: Fietsen in Finland. Hierin wordt de wereld van fietspaden, fietshelmen en fietscultuur in Finland vergeleken met die in Nederland. Een behartigenswaardig hoofdstuk, dat door recente ontwikkelingen in Finland nog lang niet afgeschreven is.

Tot slot voert het zesde hoofdstuk over dierentuinen ons door een materie, die vooral zeer menselijk, populair en aansprekend is voor jong en oud; voor ons dus, die zich interesseren voor deze eigen wereld van flora en fauna in Nederland en Finland. Via tussenhoofdstukjes worden ons allerhand vooral Finse recepten aangeboden, die we thuis kunnen uitproberen en die ons, Nederlanders, nu eens niet via het hoofd, maar vooral via tong, smaak en maag een smakelijk en passend idee van Finse (en Nederlandse) identiteit aanbieden: elandkroketten, visrecepten van de kwabaal, maar ook bekendere (toch wel Nederlandse) producten als bijvoorbeeld pepernoten. 


Fins-Nederlandse relaties – vroeger en nu

Dit boek, dat ik samen met Peter Starmans heb samengesteld en dat wij ook grotendeels samen hebben geschreven, zal in de loop van november van dit jaar uitkomen. We mikken er op dat het al te koop is op de stand van de Vereniging Nederland-Finland tijdens de Kerstbazaar van de Finse Zeemanskerk in Rotterdam, die van 25 tot 28 november 2010 wordt gehouden. Daarna kan het worden besteld via deze website door op de omslag van het boek te klikken. Het boek is ook te koop op de Algemene Ledenvergadering van de Nederlandse Vereniging in Finland, op 20 november.

Waarom dit boek? Het idee hiervoor is ontstaan na de publicatie van het jubileumboek ter gelegenheid van het 70jarige bestaan van de Nederlandse Vereniging in Finland in 2007. Maar dit boek ‘Nederlanders in Finland – kroniek van een ontplooiende relatie -’ ging hoofdzakelijk over de activiteiten van Nederlanders in Finland. Het was dus vooral een boek voor Nederlanders die in Finland wonen, wat er ook wel mee samenhangt dat de Nederlandse Vereniging in Finland toch hoofdzakelijk een vereniging voor Nederlanders is.

Read More

Wij wilden een boek schrijven dat zou gaan over Fins-Nederlandse relaties in de meest brede zin van het woord en dus ook interessant zou zijn voor Finnen. Het idee was dan ook om dit boek zowel in het Nederlands als in het Fins uit te geven. Wij zijn al aan het eind van 2008 begonnen het een en ander op papier te zetten en hebben er van alles aan gedaan om een subsidie te krijgen voor vertaal- en drukkosten. Hiervoor hebben we projectvoorstellen ingediend bij verschillende instanties, zoals Turku 2011 (Turku is in 2011 culturele hoofdstad van Europa), de Finnish Cultural Foundation en de Emil Aaltonen Foundation, maar kregen overal nul op rekest. Op aanraden van ambassadeur Beets hebben we ook nog een aanvraag ingediend bij de Nederlandse Gasunie, die betrokken is bij de aanleg van een pijpleiding door de Finse Golf, maar ook daar hadden wij geen succes. De economische crisis maakte het natuurlijk ook niet makkelijker om financiering te vinden.

Uiteindelijk hebben we besloten om het boek alleen in het Nederlands uit geven, in de hoop dat later misschien een Finse vertaling wel haalbaar zal zijn, en dit ‘boekproject’ zelf te financieren. We geven het dus uit in eigen beheer en zijn hierbij niet op de commerciële toer, het schrijven is voor ons een hobby geweest, en hopen alleen dat we, door de verkoop van het boek, min of meer quitte kunnen spelen. Dit lijkt haalbaar omdat er tegenwoordig relatief goedkope mogelijkheden zijn om een boek te laten drukken, tenminste wanneer de tekst volledig drukklaar wordt aangeleverd. Ons eerste idee was om de lay-out helemaal zelf te doen, waarbij wij er vanuit gingen dat we de tekst met foto’s en al in Word konden aanmaken en dan omzetten in een pdf file. Maar dit was nooit wat geworden, in de eerste plaats omdat Word hier niet echt een geschikt programma voor is, en verder omdat wij te onervaren zijn op dit gebied. Uiteindelijk hebben we alleen door de hulp van Arno Enzerink de tekst drukklaar kunnen maken. Arno, die ook de lay-out verzorgt van het Noorderlicht, het krantje van de Nederlandse Vereniging in Finland, heeft hiervoor een professioneel programma en hij heeft pro Deo de volledige grafische begeleiding voor zijn rekening genomen, inclusief de omslag. Wij kunnen hem daar niet genoeg voor bedanken!

Het boek omvat zes hoofdstukken. Hoofdstuk 1 beslaat de periode van de Middeleeuwen, toen vermoedelijk de eerste handelsrelaties tussen de beide volken werden aangeknoopt, en 1917, het jaar dat Finland onafhankelijk werd. Nederland was vroeger een belangrijke handelsnatie in het Oostzeegebied en Nederlandse schepen hebben regelmatig Finse havens aangedaan. In de zestiende, zeventiende eeuw en achttiende eeuw bereikte de Nederlandse Oostzeevaart een hoogtepunt en Nederlandse zeelieden waren ‘kind aan huis’ in de Finse havens. Dit gold in de eerste plaats voor Viipuri, en in mindere mate voor Turku, Helsinki en Hamina.

In hoofdstuk 2 wordt de periode vanaf 1917 uit de doeken gedaan. De gebeurtenissen die worden beschreven, zijn voor een deel anekdotisch, afhankelijk van onze persoonlijke interesses. In dit hoofdstuk wordt ook aandacht besteed aan de diplomatieke betrekkingen tussen beide landen, de handelsrelaties in de moderne tijd en de activiteiten van Fins-Nederlandse organisaties. Dit zijn de Vereniging Nederland-Finland, de Finnish Dutch Trade Guild, de Nederlandse Vereniging in Finland (hier heeft onze gastauteur Arie Oudman aan meegeschreven) en de Fins Nederlandse Vereniging.

Nederlanders hebben gedurende een periode van 100 jaar een belangrijke rol gespeeld in de Rooms-Katholieke kerk in Finland en daar wordt aandacht aan besteed in hoofdstuk 3. In dit hoofdstuk komt ook de Finse Zeemanskerk in Rotterdam aan de orde. De Finse Zeemanskerk werd in 1927 geopend, en is met een onderbreking in de periode 1940-1955, door de oorlogsperikelen, uitgegroeid tot het Finse sociale- en culturele centrum in Nederland.

In hoofdstuk 4 worden Nederlandse woorden behandeld, alsmede woorden uit de aan het Nederlands verwante talen Nederduits en Fries, die via de zeevaart overgenomen zijn in de Finse taal.

Er is niet veel Finse literatuur vertaald in het Nederlands, al lijkt hier tegenwoordig verandering in te komen. In hoofdstuk 5 behandelt onze gastauteur Maarten Tengbergen drie voorbeelden van boeken van Finse schrijvers die in het Nederlands zijn vertaald, uit verschillende tijdsperiodes. Het gaat hierbij om Sinuhe, de Egyptenaar, van Mika Waltari, de Moemverhalen van Tove Jansson en de Huilende Molenaar van Arto Paasilinna.

Hoofdstuk 6 geeft een overzicht van culturele uitwisselingen (hierbij besteedt onze gastauteur Auli Snikkers aandacht aan Finse culturele activiteiten in Nederland), en sportontmoetingen tussen beide landen. Hierbij is ook ingegaan op sportieve successen van Finnen in Nederland en Nederlanders in Finland. In het kort wordt ook het taalonderwijs (Fins in Nederland en Nederlands in Finland) in dit hoofdstuk behandeld.

Sommige teksten hebben, al dan niet in een andere vorm, eerder in de krantjes van de Nederlandse Vereniging in Finland (Noorderlicht) en van de Vereniging Nederland-Finland (Aviisi) gestaan, of in het digitale tijdschrift FIN-E-Zine van de Finlandsite.

Het ISBN nummer van het boek is 978-952-92-7995-1 en het aantal bladzijden bedraagt 240. De twee ambassadeurs (de heren Beets en Korhonen) hebben een Voorwoord geschreven en op de achterkant van de omslag (zie foto) staan korte opmerkingen van de voorzitters van de vier Fins-Nederlandse verenigingen. Omdat Peter Starmans voorzitter is van de Fins Nederlandse Vereniging, is de tekst voor deze vereniging geschreven door Pekka Säilä (Fins ambassadeur in Den Haag van 2001 tot 2005).

Het boek wordt gedrukt bij de Universiteit van Helsinki (Yliopistopaino). De prijs wordt in Finland € 17,90 en in Nederland een euro duurder vanwege transportkosten (dus €18.90).

 

Arnold Pieterse


Gordon F. Sander, ”The Frank Family That Survived”

In de Finse vertaling: ”Pelastuneet. Franki perhe joka selvisi.” (2010)

Gordon Sander is een zoon van dochter Dorrit van de familie Frank, die de oorlog overleefde en gered werd. In Den Haag weliswaar en niet in Amsterdam, in de Pieter van den Zandestraat 12 en niet aan de Prinsengracht 263.

Gordon Sander is in Finland bekend als een Fins-vriendelijke Amerikaan, die lovend en met uitgebreide journalistieke kennis van zaken en veel gerichte interviews en bezoeken welbeslagen een goed en pro Fins boek over de Finse Winteroorlog heeft geschreven: Gordon F. Sander, ‘The Battle of Finland 1939 – 1940’/’Taistelu Suomesta 1939-1940’ (februari 2010). De oorspronkelijke titel van het boek in manuscript luidde: “What Free Man Can Do. The Untold Story of the Winterwar.” Vooral deze betiteling duidt de tendens van bewondering van Sander voor de Finse strijdkrachten tijdens de Winteroorlog goed aan.

Maar het is toch wel interessant en zeker niet vaak voorkomend, dat dezelfde Amerikaanse auteur binnen één jaar twee van zijn boeken in het Fins vertaald ziet. Over het tweede boek dus, over de redding van de andere familie Frank, gaat het nu hier. Over een familie Frank met vader Myril, stammend uit een Rijnlandse wijnbouwfamilie, moeder Flory, en hun twee dochters, Sybil en Dorrit. Het betreft hier vier geredden, ‘pelastuneet’, vier Joodse mensen, die gered zijn voor de dreigende ondergang in een concentratiekamp van Hitler, gered, door vanaf juli 1942 tot mei 1945 (zonder verraad weliswaar maar wel in grote spanning en ontbering) in onderduik in het hartje van Den Haag de oorlog overleefd hebben. Het boek is een degelijk, verantwoord en goedgeschreven journalistiek verhaal van Gordon Sander, zoon van Dorrit Sander-Frank, die in mei van dit jaar vanwege de publicatie van de Finse vertaling van het boek een paar dagen in Finland was (vgl. een goed interview in het tijdschrift Anna van 10 mei 2010), een verhaal met een brede opvatting van wat er in zo’n boek gezegd kan worden. Heus niet alleen het doen en laten van een naar Nederland gevluchte Duits-Joodse familie in een voor hen levensgevaarlijke oorlogstijd, bedreigd door de systematische idiotie van iemand als Hitler. In ‘Pelastuneet’ wordt vanuit de negentiende eeuw ook de Joodse problematiek in Duitsland belicht, onder Bismarck nog een tijdlang positief (dus eigenlijk historisch gezien verrassend jodenvriendelijk), maar na de Eerste Wereldoorlog al snel negatief, omdat velen in het verslagen Duitsland de oorzaken van de ellende in het Europa van toen bij een nabije zondenbok gingen zoeken. Steeds duidelijker kregen daarom de Joden – zeker bij de groeiende groep van extreem rechtsen – de schuld van alle ellende, die radicaal gewroken moest worden (denken we alleen bijvoorbeeld maar aan de volkomen onbegrijpelijke en gruwelijke moord op de zo begaafde Joodse minister van BZ Rathenau in 1922) en juist deze anti-Joodse neiging pikte de Nationaal Socialist Hitler op en bouwde die systematisch en zwart op wit geformuleerd uit (lees maar ‘Mein Kampf’) tot een dergelijke belichaming van jodenhaat, die felle en consequente jodenvervolging en dan zo mogelijk totale jodenverdelging tot resultaat zouden hebben, zoals iedereen nu eigenlijk wel weet.

In het boek van Sander worden eerst de gouden tijd van de jaren twintig, ‘die goldenen zwanziger Jahre’, in Berlijn aan de hand van de lotgevallen van de familie van Myrtil Frank uit Breitenheim, zijn vrouw Flory uit Frankfurt en hun dochters Sybil en Dorrit – beiden in de jaren twintig geboren in Berlijn – belicht. Dan treedt sterker en sterker de politieke dreiging van de nazi’s naar voren, het begin van de Joodse vervolgings-ellende in Duitsland wordt zichtbaar, het vertrek naar Nederland van vele Joden, o.a. twee (!) families Frank, wordt een feit, de ene familie Frank gaat eerst naar Scheveningen, vandaar via Bussum naar Amsterdam, om van daaruit uiteindelijk in Den Haag, in de Pieter van den Zandestraat 12, juli 1942 onder te duiken, terwijl de andere familie Frank een paar dagen eerder haar heil zocht in het Achterhuis aan de Prinsengracht 263 in Amsterdam. De oorlog wordt na juli 1942 dus in onderduik beleefd, en vooral de gebeurtenissen tijdens de hongerwinter 44/45 worden in dit boek van Gordon Sander uitgebreid uit de doeken gedaan, met alle spanningen binnen en buiten de familie, de bevrijding komt dan uiteindelijk en emigratie naar Amerika volgt tenslotte.

Allemaal goed en wel en Gordon Sander heeft dat alles uiterst consciëntieus en beeldend gereconstrueerd, maar hij heeft het niet zelf meegemaakt. Dit verhaal van de familie Frank blijft een verhaal onder vele en ontleent zijn extra impact vrijwel alleen aan de goed beschreven en samengevatte (voor)oorlogs-omstandigheden in Duitsland en Nederland en voorts indirect aan het feit, dat een andere familie Frank (de beroemde, die van het Achterhuis) ook in parellelle omstandigheden ondergedoken heeft gezeten.

Het boek de ‘Pelastuneet’ is, zoals gezegd, een interessant en met vlotte hand geschreven oorlogsboek, een boek dat ook stoelt op veel Engels/Amerikaans materiaal, wat op zich al interessant en positief is, het boek is dus een ‘aanrader’, jawel. Maar toch wil ik hier wat de vertaling en de taal ervan betreft wat opmerkingen maken.

De vertaling lijkt me over het algemeen goed, vlot en juist, al heb ik de oorspronkelijke Engelse niet in handen gehad. Maar … er staan in het boek tientallen zo niet meer Nederlandse en Duitse woorden, die zaken van de jaren dertig en veertig in Nederland en Duitsland benoemen en die dan als woord of begrip letterlijk geciteerd worden. Misschien om een ‘couleur locale’ aan het boek te geven? Alles goed en wel, maar dat is dan vermoedelijk in een Engelse tekst gemakkelijker en beter te waarderen dan in een Finse tekst en het is zelfs de vraag of het in een Finse tekst zin heeft, zulke citaat-woorden/citaat-begrippen letterlijk over te nemen. Zeker als in die woorden uitermate veel en vaak storende spellingsfouten staan. Hiervan een paar voorbeelden: Twee maal ‘de stilj’ voor De Stijl, een wereldberoemde kunstrichting uit Nederland; ‘2nd Klasse’ voor de 2eklasse van een trein; ‘Vilhelmiina (ok), Moeder das Vaderlands’ i.p.v. Moeder des vaderlands; ‘Overweenissa’ i.p.v. Overveenissa; ‘Erich Muhsam’, een Duitse schrijver met de naam Mühsam; ‘Felix der Katter’ i.p.v. der Kater etc. Maar erger voor mijn ogen/oren zijn zaken als: ‘Tunne aiheutti noille onderduikereille – eli “Maan alle meneville” – …; ‘onderduikereita’; ‘Februaristakingiin’; ‘koulua käyvien meisjejen’; ‘Ridderzalin’; ‘Vergeltungswaffejaan’; ‘Endlösungista’; ‘Nederlandse handelsmaatschappijin’ etc. Dat Fins verbuigen van zulke typisch Nederlandse of Duitse woorden respectievelijk begrippen zie ik niet zo zitten. Bij namen van steden, straten of personen is het normaal en vanzelfsprekend – ‘Hollannin’, ‘Haagiin’, Rivierenbuurtin’, ‘Stadhouderskaden’ (beter Stadhouderskade:n’?) etc. – maar … een historisch woord, dat mogelijk wel vertaald kan worden, zou ik gewoon in het Fins vertalen en niet (of wellicht slechts als onverbogen woord) citeren en ik zou het voorts zo nodig eventueel in een voetnoot onder aan de bladzijde voor de Finser lezer/es verklaren: ‘piloutuja’ (onderduiker), ‘nälkätalvi’ (hongerwinter), ‘helmikuulakko’ (februaristaking) etc. Overigens, dat kort en duidelijk verklaren ter plekke (via een voetnoot bijvoorbeeld of als woord met korte uitleg in een toegevoegde verklarende woordenlijst) van Nederlandse en zeker ook Duitse oorlogsbegrippen is voor een Finse (en Nederlandse?) lezer/es bij zo’n populariserend historisch boek eigenlijk een noodzakelijk iets, lijkt me. Dat gebeurt wel af en toe, maar in dit boek jammergenoeg veel te weinig. Welke (jonge) doorsnee-lezer in Finland (en Nederland) weet precies wat ‘Februaristaking’, ‘Dolle dinsdag’, ‘Bijltjesdag’ of ‘Gauleiter’, ‘Sturmabteilung’, ‘Reichsprotektor’ en zo betekent? Soms volgt er in het boek wel een Finse vertaling of woorduitleg, maar heel vaak ook niet. En een woordvertaling is niet hetzelfde als een preciese en korte woordverklaring in een voetnoot op dezelfde bladzijde! Deze lacune lijkt me daarom een gemiste kans. Zulke voetnoten zouden een boek als dit veel rijker en leesbaarder hebben kunnen maken, de citaat-woorden in het Nederlands of Duits in de tekst zelf storen en irriteren zo zonder nadere verklaring te veel. Ook een goede personen- en zakenindex zou een hele hulp bij het gebruiken van het boek hebben kunnen zijn. Het betreft hier toch niet een roman, maar meer een historisch non-fictie boek, een ‘Sachbuch’.

Eén vertaling van een in Holland verspreide spandoektekst (belangrijk in de loop van het boek) lijkt me nogal aan de zwakke kant: “V=VICTORIE, WANT DUITSLAND WINT VOOR EUROPA OP ALLE FRONTEN”, in het Fins vertaald als: “V = voitto Saksalle kaikilla rintamalla.” Juist de clou van die slagzin is toch, dat Duitsland dat alles, wat het toen deed, ‘voor Europa’ overhad, ter redding, ter verlossing van Europa, en die clou wordt nu juist weggelaten, jammer …

Ook al wil ik het leed van de andere familie Frank niet onderschatten of het boek als oninteressant of niet zo waardevol boek hier afvallen, nee, dat helemaal niet, ik wil het boek zelfs – zoals gezegd – het Finse (en na verschijnen van een Nederlandse vertaling het Nederlandse) lezerspubliek aanraden, maar één langer citaat aan het eind van het boek wil ik toch geven, dat me enigszins verbaasd de ogen opende: “Olisivatko Anne Frank ja hänen perheensä selviytyneet hongerwinteristä, kuten hollantilaiset sitä nimittävät, ellei heitä olisi kavallettu edellisinä kesänä? Oli vähällä, että heidän sukunimikaimansa eivät selviytyneet Haagissa. Sama päti Länsi-Hollannin neljään ja puolen miljoonaan asukkaaseen, jotka kokivat tuon helvetillisen talven.” (blz. 239). En … ”Jollakin tavoin Frankit selviytyivät viimeisestä talvesta. Melkoinen saavutus.’” (blz.261).In het Nederlands vertaald: ”Zouden Anne Frank en haar familie de hongerwinter – zoals de Nederlanders die winter (van 1944/45) noemden – overleefd hebben, als ze niet verraden waren in de zomer ervoor? Het scheelde niet veel of hun naamgenoten in Den Haag hadden het niet geklaard. En hetzelfde geldt voor die viereneenhalf miljoen bewoners van West-Nederland, die de hel van die winter hebben meegemaakt.” En: “Op de een of andere manier zijn de Franks deze winter doorgekomen. Een hele prestatie.” Of Anne Frank en haar gezin die ellendige hongerwinter in Amsterdam ook overleefd zouden hebben, is niet positief of negatief te beantwoorden. Maar wel weten we, dat Anne en haar zus Margot in Auschwitz erg geleden hebben en in Bergen-Belsen omgekomen zijn in uiterst ellendige omstandigheden, zie daarover bijvoorbeeld de indrukwekkende hoofdstukken in het nieuwe boek van Carol Ann Lee van 2009/2010, ‘Anne Frank, 1929-1945’ (verschenen zowel in een Nederlandse als een Finse uitgave). En …of het overleven van de hongerwinter voor Joodse onderduikers een grotere prestatie dan voor de vele anderen in het nog niet bevrijde Nederland van 1944/1945 was, kan ik eigenlijk ook niet beantwoorden. Misschien hebben ze gewoon geluk gehad. God zij dank!

 

Peter Starmans, lehtori


Vertaalde literatuur

Het is al een keer ter sprake gekomen, dat het misschien nuttig zou zijn eens wat meer informatie te geven over vertaalde literatuur. Wat nauwkeuriger gezegd over literatuurvertalingen van het Nederlands naar het Fins en van het Fins naar het Nederlands.

Nu wil ik hier niet ingaan op het woord ‘literatuur’, want het is moeilijk te zeggen wat er wel en wat er niet toe behoort. Het gaat in ieder geval meestal over boeken met een min of meer fictieve en vertellende inhoud. Verder beperken we ons hier tot proza-vertalingen uit het Nederlands naar het Fins. Voor de beoordeling van vertalingen uit het Fins naar het Nederlands zijn anderen veel bevoegder!

Ik zou in dit inleidende artikel eerst gewoon wat willen zeggen over enige boeken die de laatste jaren vertaald zijn. Ik streef hier echter geen volledigheid na en verder ben ik van plan later in een Noorderlicht of op de website op één of ander boek wat nader in te gaan. Als overigens anderen de behoefte hebben over een boek het een en ander te zeggen, heel erg graag, want ik pretendeer heus niet de enige te zijn die er wat over kan of mag schrijven, integendeel. Dus namens de redactie van het Noorderlicht en de website: je bent van harte welkom met een boekrecensie, wanneer dan ook. Verder heb ik er geen behoefte aan de waarde van de vertaling zelf te bespreken. Dat moet elders gebeuren.

 

Uiteraard zijn de vertalingen uit het Nederlands naar het Fins weinig in getal. We kunnen ons nu eenmaal niet meten met literatuur uit het Engels, Frans, Duits, Russisch of zelfs het Zweeds; dat is overigens begrijpelijk en wellicht ook goed zo, al wil ik hier helemaal niet mee zeggen, dat de kwaliteit van de Nederlandse boeken minder is dan die van boeken uit grotere talen. Dat niet, maar het is nu eenmaal zo, dat uit die talen ‘natuurlijk’ het meest vertaald wordt en waarschijnlijk ook het meest verkocht. En dit koopmansstandpunt speelt altijd en misschien wel terecht een grote rol in de praktische wereld van nu.

Traditioneel zijn ook vertalingen uit het Nederlands frequenter dan die uit het Vlaams, en hiermee bedoel ik niet het Vlaams als zelfstandig dialect, maar het (vaak prachtige) Vlaamse Nederlands. Omdat ik op deze vertalingen nu niet bijzonder inga, noem ik alleen maar het grootse werk van David van Reybrouck, ‘Congo, een geschiedenis’, een indrukwekkend boek, vertaald door mijn vriend Antero Helasvuo, een boek over de Belgische koloniale geschiedenis in Congo dus. Het heeft me zo geboeid, dat ik alleen maar kan hopen, dat er ooit ook zo’n (kritisch) boek over de Nederlandse koloniale geschiedenis of over onze Zuid-Afrikaanse geschiedenis geschreven zal worden.

Een bestsellerauteur is ook de jonge Vlaamse schrijfster Annelies Verbeke, onder andere met een vertaling van haar ‘Slaap’. Modern en vlot geschreven. Hierbij zou ik weer een andere opmerking willen maken, dat namelijk tegenwoordig schrijfsters gelukkig en volkomen terecht een veel grotere rol spelen dan vroeger; denken we in Nederland dan maar aan vrouwen als Tessa de Loo of Margriet de Moor, beider werken naar het Fins vertaald. Maar er zijn ook andere schrijfsters die jammer genoeg nog niet vertaald zijn, ofschoon hun kwaliteit hoog en boeiend is: bijvoorbeeld Anna Enquist, Simone van der Vlugt, Vonne van der Meer, Jessica Durlacher en anderen, zoals de historica Nelleke Noordervliet. Het gezonde feminisme lijkt hier doorgebroken te zijn.

En daarmee beweer ik toch weer niet, dat schrijvers van het mannelijk geslacht nu stukken minder waard geworden zijn, nee nee, maar er is wel steeds meer sprake van gezonde en goede gelijkberechtiging. Ik denk dan maar aan Bernlef (voor wie ik een groot zwak heb en van wie ik het jammer vind, dat hij nooit naar het Fins vertaald is), aanTommy Wieringa met zijn ‘Joe Speedboot’ (naar het Fins vertaald). Bij hem is het jammer, dat er geen verdere vertalingen zijn gekomen van zijn boeiende latere romans. Karel Glastra van Loon is al met twee boeken in Finse vertaling aanwezig: ‘De Passievrucht’ en ‘Lisa’s adem’. Het is erg jammer, dat deze begaafde schrijver zo jong gestorven is. En zo kan ik wel doorgaan: Arthur Japin, Geert Mak, of Jan Wolkers, enzovoort.

Welk criterium gebruiken uitgevers bij de keuze van te vertalen boeken? Een goede vraag! De laatste jaren vrijwel altijd het criterium van de populariteit. Bestsellers worden snel en in vele talen vertaald. We kunnen bijvoorbeeld denken aan ‘Het volgende verhaal’ van Cees Nooteboom (van hem is eind jaren negentig ook het boek ‘Rituelen’ vertaald) of ‘De tweeling’ van Tessa de Loo. Bij de laatstgenoemde roman weten we ook, dat de verfilming ervan een reden was om het boek te vertalen. En dit boek is in samenhang met de film in Finland een groot succes geworden.

Bij Renate Dorrestein, de schrijfster die vaker op bezoek in Finland was en van wie al meerdere boeken vertaald zijn, is de bestseller-reden ook duidelijk. Eerst kwam ‘Een hart van steen’, later zijn dan vertalingen verschenen van ‘Zolang er leven is …’ of beter en juister gezegd van ‘… Is er hoop’, want vreemd genoeg is het tweede boek wel vertaald, maar het eerste niet. Jammer wel, want het eerste is zeker zo goed als het tweede boek en verder wordt er veel van het tweede boek duidelijker door het eerste. Maar ja, hier is weer de vraag, waarom juist dit boek gekozen is ter vertaling? Een antwoord hierop heb ik helaas niet. Verder is ‘Mijn zoon heeft een seksleven en ik lees mijn moeder Roodkapje voor’ door Titia Schuurman vertaald, een geestig en vlot geschreven boek, dat ik eenieder kan aanraden. Kort geleden heeft Sanna van Leeuwen het boek ‘De stiefmoeder’ vertaald, ik heb het echter nog niet gelezen, dus kan er hier weinig over zeggen. Waarom Dorrestein zo veel vertaald werd? Omdat ze in Nederland razend populair is en vaak op de bestsellerlijst staat, maar ook, omdat ze zo vlot, geestig en af en toe nogal zot schrijft over allerhand, wat niet zonder meer voor de hand ligt. Boeiend, goed gecomponeerd en knap geschreven, zonder erg veel taalexperimenten. Dat laatste geldt eigenlijk voor vrijwel alle vertalingen, die hier genoemd zijn. Dorresteins boeken hebben een thrillerkarakter en dat is in de moderne leeswereld nu eenmaal populair. Vaak lijken het zelfs detectiveromans, en die zijn op dit moment erg in trek: Henning Mankell, Anne Holt, Matti Rönkä … Denken we verder maar aan de populariteit van de genoemde Mankell, of Arto Paasilinna en anderen. Bij Renate Dorrestein zou ik toch ook wel de literaire kwaliteit van haar werk willen benadrukken, ze kan erg goed en spannend schrijven en beheerst haar stof en haar taal tot in de finesses.

Herman Koch is een vlot, aangenaam en rechttoe rechtaan schrijver, die werkt zonder veel experimenteren met taal of moeizame romanconstructies, maar zijn boeken zijn wel goed, overtuigend en spannend, het soms wonderlijke plot is ondanks dat aannemelijk. Zijn boeken zijn internationaal een groot succes: ‘Het diner’ en ‘Zomerhuis met zwembad’. Op dit laatste boek wil ik graag in een volgend artikel nader ingaan. Ook het boek van Gerbrand Bakker, ‘Boven is het stil’, is mooi en typisch Hollands, ook daar wil ik een volgend keer op ingaan.

Hopelijk heeft de lezer/es nu enigszins een overzicht gekregen, zij het onvolledig, over de boeken, die de laatste tijd in het Fins vertaald zijn. Een apart genre is misschien veroorzaakt door het boek van Tracy Chevalier, ‘Meisje met de parel’ (‘Girl with a Pearl Earring’), dat ook als film internationaal een succes werd en de Nederlandse historie van de zeventiende eeuw levend naar voren wil brengen. Het gaat dan vaak over schilders of schilderijen (zoals hier over een werk van Vermeer), over de tulpengekte of over meester Rembrandt. Wat een Finse vertaling betreft wil ik hier wijzen op het boek van Danielle Hermans, ‘Het Tulpenvirus’; en hier zou ik de wens willen uiten, het prachtige en onroerende boek van Margriet de Moor, ‘De schilder en het meisje’, te vertalen; het tragische verhaal van het Deense dienstmeisje, de ter dood veroordeelde Elsje Christaens, en onze beroemdste Nederlander, Rembrandt Harmenszoon van Rijn. Een schitterend boek, werkelijk de moeite waard om het ooit eens naar het Fins te vertalen.

Peter Starmans, lehtori, juni 2014

NB vetgedrukte namen in mijn bovenstaande artikel zijn namen van schrijvers die naar het Fins vertaald zijn; vetgedrukt en cursief zijn de namen van huidige vertalers in Finland.


Nieuws rond Anne Frank

Alweer Anne Frank, hè nee, dat weten we toch al lang, zal de een zeggen. De ander fluistert: ja, want wellicht is er in 2010 toch wel iets nieuws over Anne Frank te vertellen, bijvoorbeeld wat de Finse perceptie van deze historisch symboolfiguur van de jodenvervolging tijdens de tweede wereldoorlog betreft. De lezer/es hoeft geen angst te hebben, dat ik het verhaal van het begin af aan weer ga vertellen, dat kennen we al … ofschoon … lees alleen laten we zeggen de biografie van Melissa Müller, Das Mädchen Anne Frank (1998) / Anne Frank, elämäkerta (1999) / Anne Frank, de biografie (1998), er maar weer eens op na. Wellicht staat daar toch wat nieuws in. Maar goed … de reden dat ik nu weer eens op het thema Anne Frank terugkom, is, dat – ten eerste – Anne Frank de laatste tijd weer regelmatig in de Finse media verschijnt, dat – ten tweede – vanwege het vijftigjarig jubileum van het Anne Frank Huis een uitvoerige en gloednieuwe site in vele talen (dus ook in het Fins) is opgezet, die veelbelovend is en vooral jonge gebruikers de juiste weg wijst in deze uitgebreide materie en dat – ten derde – er weer een nieuw boek (uit het Engels vertaald, ook in het Nederlands verschenen) in het Fins is verschenen, dat de moeite van het bespreken waard is. Dat zijn dus de drie zaken, waar ik het hier over wilde hebben.

Om – ter inleiding – iets te citeren, dat laat zien, hoe alert de media en het lezerspubliek in Finland is (wat het genoemde thema Anne Frank betreft) het volgende: zelfs een onlangs gevonden nieuwjaarskaart van Anne is de moeite van het vermelden in een waardevol Fins tijdschift waard. In Historia 11/2008 lees ik onder ‘korte nieuwsberichten’ op bladzijde zes: “Anne Frankin uudenvuodenkortti. Hollantilainen opettaja on löytänyt Anne Frankin allekirjoittaman uudenvuodenkortin. Frank oli lähettänyt kortin kahdeksanvuotiaana ollessaan vierailulla isöäitinsä luona Saksassa vuonna 1937. Aidoksi todettu kortti löytyi antikvaariaatista Naardenista.” / ” Nieuwjaarskaart van Anne Frank. Een Nederlandse leraar heeft een door Anne Frank ondertekende nieuwjaarskaart gevonden. Frank heeft als achtjarige de kaart verstuurd tijdens een bezoek bij haar oma in Duitsland in het jaar 1937. De als authentiek erkende kaart werd gevonden in een antiquariaat in Naarden.” Overigens ook bijvoorbeeld Iltalehti berichtte hierover en zelfs in het nog te bespreken boek van Carol Ann Lee wordt het feit vermeld.

1) Ten eerste. In 2008 werd in de internationale media de kastanjeboom op de binnenhof voor de ramen van het Achterhuis van Anne Frank uitvoerig besproken. De boom komt voor in het dagboek (bijvoorbeeld op 23 februari 1944) en is daarom als symbool van hoop op telkens nieuw leven ‘heilig’ verklaard. De vakmensen in Amsterdam zeiden in 2008 al, dat de boom gekapt moest worden, vanwege gevaar van omvallen bij harde wind. Overal toen protest uiteraard en uiteindelijk werd de boom verstevigd nog een kans gegeven. Maar de vakmensen kregen gelijk, tijdens een storm dit jaar op 23 augustus is de boom inderdaad omgewaaid (zonder gelukkig ernstige schade te veroorzaken) en nu is dit symbool dus weg, of we dat nu willen of niet. Jammer maar waar. Dit werd uitvoerig in Iltalehti – met foto’s en al – bericht, maar ook in HS, bij Yle.fi en bijvoorbeeld in Kainuun sanomat. Internationaal opgemerkt nieuws was het duidelijk! De kastanje is kennelijk zo beroemd, dat zaad ervan nu na lange quarantaine zal ingezaaid worden in de tuinen van het Witte Huis. Barack Obama en zijn vrouw zullen er dus nog wel plezier aan beleven, hoop ik, in ieder geval zijn jonge dochters. Overigens heb ik dit laatste nieuws niet in Finse maar wel in Nederlandse bronnen gevonden.

Op 13 januari 2010 werd de dood van de honderdjarige Miep Gies gemeld, in HS en ook elders. “Anne Frankin päiväkirjan pelastaja kuoli satavuotiaana/De redster van het dagboek van Anne Frank stierf als honderdjarige.“ Miep Gies was inderdaad een centrale figuur in het Frank-drama en Gies’ boek (in samenwerking met Alison Leslie Gold) van 1987 ‘Anne Frank Remembered’ (met documentaire film en voorts als boek in het Fins vertaald in 1988 onder de titel ‘Anne Frank, suojattini’/Anne Frank, mijn beschermelinge) en tevens zijn de gegevens over Anne, die Miep Gies in talloze interviews heeft doorgegeven, nog steeds een van de belangrijke uitgangspunten voor biografieën. À propos, de biografie van de Engelse Carol Ann Lee uit 1997 is in 2010 in het Fins opnieuw uitgegeven onder de titel ‘Anne Frank. 1927-1945’. In het Nederlands (en later pas in het Engels) verscheen het (als eerste versie) in 1998 en 1999 met als titel: ‘Pluk rozen op aarde en vergeet mij niet. Anne Frank. 1929-1945’ / ‘Roses from the Earth: The Biography ofAnne Frank. Nou, wat dat vergeten betreft, kunnen we wel zeggen, dat Anne Frank meer dan vijftig jaar na datum internationaal nog steeds niet vergeten is, integendeel. Goed, maar over deze herdruk verder onder ten derde.

Het feit dat het Anne Frank Huis op 3 mei 2010 vijftig jaar oud werd, is de media ook niet ontgaan. In Iisalmen sanomat stond zelfs een heel verhaal erover met allerlei uitleg erbij. Niet onvermeld bleef daarbij uiteraard, dat Koningin Beatrix persoonlijk het vijftigjarig jubileum mee kwam vieren en ook, dat de dagboeken van Anne Frank nu definitief en uitvoerig te bekijken zijn in het Anne Frank Huis in Amsterdam, met goedkeuring van de minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen.

2) Ten tweede. Omdat het Anne Frank Huis op 3 mei 2010 vijftig jaar bestond, heeft de Anne Frank Stichting een zeer goede site ontwikkeld voor jonge mensen, in de eerste plaats om nader kennis te maken met Anne Frank, haar leven en haar lotgevallen, maar voorts tegelijk met de Tweede Wereldoorlog (waar de Finse oorlogen ook een plaats in gekregen hebben), die tevens uitvoerig aan bod komt. Ter gelegenheid van de 50ste verjaardag van het Anne Frank Huis is er al een pedagogisch bedoeld boek verschenen, dat ik wel in handen heb gehad, maar nog niet gekocht: ‘Het leven van Anne Frank (in stripvorm) – de grafische biografie’ door Eric Heuvel (in samenwerking met de Anne Frank Stichting getekend en van tekst voorzien).

De Anne Frank Stichting heeft natuurlijk al langere tijd een goede site in zes talen (www.annefrank.org), die door deskundigen telkens wordt bijgewerkt, die zeer overzichtelijk is, maar die niet speciaal bedoeld is voor de schoolgaande jeugd, voor het geschiedenisonderwijs of de tegenwoordige behoefte aan geleide werkstuk-mogelijkheden. Om deze lacune te vullen heeft de Stichting nu een nieuwe site in – als ik het goed geteld heb – 20 talen gelanceerd, ook in het Fins en Zweeds, die uitgebreid en verantwoord materiaal aanbiedt voor het zich verdiepen in de thema’s Anne Frank, de tijd eromheen, de Tweede Wereldoorlog en vooral het thema ‘vervolging’, o.a. de jodenvervolging( maar ook bijvoorbeeld de vervolging van zigeuners, homoseksuelen en invaliden). Het adres ervan is www.annefrankguide.net. Via een goede ‘site-inhoud’ (‘sivukartta’) krijg je een voortreffelijk overzicht van de behandelde thema’s. Heel positief vind ik ook de uitgebreide ‘woordenlijst’ (‘sanasto’), die op zich al leerlingen/studenten, die wat afweten van de hoofdthema’s ‘Anne Frank’ en ‘De Tweede Wereldoorlog’, direct verder kunnen helpen. Het is een moderne site met tamelijk veel beeldmateriaal, zelfs een paar video-clips en vooral korte, duidelijke, verantwoorde en inspirerende teksten met ruime doorklik-mogelijkheden naar samenhangende onderthema’s. Het team achter de site is vakkundig, zowel wat de inhoud als wat de pedagogische presentatie van de thema’s betreft.

Nu ter oriëntering een paar slagzinnetjes, die ik tijdens het van links en rechts en van boven naar onder bekijken van de site heb genoteerd: het betreft telkens korte, goed geformuleerde en begrijpelijke stukjes, vaak treffend geillustreerd; er is veel verhelderend materiaal bijeengebracht; het geheel is goed en breed opgezet, behandelt niet alleen Anne Frank en haar familie, maar ook de wereld eromheen, Nederland, Duitsland, de jaren dertig, de jaren veertig, het dagboek, de vervolgingen (niet alleen de jodenvervolging!) etc.; de site is in vele talen opgezet, dus bedoeld voor het geïnteresseerde buitenland, vooral dan voor onderwijs-instituten; het geheel is overzichtelijk en steeds dieper verdervoerend, zo de lezer dat wil, dus de scholier/student kan ophouden waar hij/zij wil en kan gemakkelijk ook een speciaal thema uit het geheel pikken, zonder te verdwalen. Zelfs wordt er voor werkstukken op school of elders vanuit Amsterdam hulp aangeboden, een werkstuk kan via deze site van de Anne Frank Stichting gemaakt, opgeslagen en eventueel ook gepubliceerd worden ter lering van anderen waar ook ter wereld. Ook al heb ik het nog niet uitgeprobeerd in school of groep, mij dunkt als geroutineerd en ervaren docent, dat de site goed is en werken zal. Maar het eist wel een gemotiveerde inzet, van de docent en van de student. Maar ja, als je een goed werkstuk wilt afleveren, dan lijkt me dat een normale zaak. Ik schat de leeftijd van doelgroep tussen de vijftien en vijfentwintig. En … zelfs ik, als gepensioneerd lector, geniet van de site en heb er zelfs het een en ander waardevols bijgeleerd .

3) Ten derde. Bij een nieuw verschenen Fins boek met het thema Frank wilde ik kort even stil blijven staan. Het betreft hier de biografie van Carol Ann Lee, Anne Frank, 1929-1945.

In 2009 verscheen in Nederland de vertaling – op basis van een grondig bijgewerkt en geactualiseerd manuscript – van het boek van Carol Ann Lee, ‘Anne Frank: 1929-1945. Het leven van een jong meisje’. Lee is een Brits schrijfster, en de ondertiteling van deze herschreven biografie (van 1998) draagt in het Nederlands als typerende ondertitel: ‘De definitieve biografie’. Dat is misschien wat veel gezegd, maar toch, ondanks de bezwaren wat de eerste versie van dit boek en vooral de theorie over het verraad betreft (wat in de bijgewerkte versie vrijwel weggelaten is) … zo grondig en uitgebreid gedocumenteerd is er over Anne Frank tot nu toe niet geschreven. Om de tekst van historiek.net (bij de bewerkte herdruk) te citeren: “Carol Ann Lee werd met name bekend door haar boeken over de familie Frank. Tien jaar geleden bracht ze ’Pluk rozen op aarde’ uit, de enige biografie van Anne Frank die werd onderschreven door het Anne Frank Fonds. In de periode hierna schreef Lee verschillende boeken over de holocaust, en over de familie Frank in het bijzonder. Op de tachtigste geboortedag van Anne Frank bracht ze de ‘definitieve’ biografie van Anne Frank uit. Het boek bevat onder meer nieuwe interviews met mensen die Anne Frank gekend hebben; niet eerder gepubliceerde foto’s van Anne Frank; niet eerder gepubliceerde brieven en documenten, waaronder de onlangs ontdekte brieven van Otto Frank waarin het hele verhaal van de wanhopige poging van de familie om weg te komen uit Amsterdam in 1941; nieuwe informatie over het leven van de Franks voor de oorlog, in het Achterhuis en in de kampen; het verhaal van Annes ‘ware liefde’ Peter Schiff; het verhaal van het verraad. Volgens Buddy Elias, een neef van Anne Frank, is de Britse auteur van de vele schrijvers en historici die ooit over Anne Frank schreven, het best geïnformeerd.” Veel hieraan toe te voegen heb ik eigenlijk niet. Deze flaptekst klopt wel. De Finse vertaling ervan uit het Engels is verschenen in 2010 onder de titel: Carol Ann Lee: ‘Anne Frank: 1929-1945’. De vertaling is goed en verzorgd, al is het toch wel irriterend, dat te veel Nederlandse en Duitse termen onnodig in het Finse taalsysteem met verbuiging en al zijn opgenomen, ook waar dit niet normaal of zelfs een beetje vreemd aandoet. Twee voorbeelden:’ … Ordnungsdienstin (juutalaisen poliisin) …’, waarom niet : ‘… juutalaisen poliisin (‘Ordnungsdienst’) …’, dan blijft het Duitse woord als eigen woord beter en natuurlijker bewaard, met eventueel een voetnoot erbij wat de betekenis ervan betreft. Een ander voorbeeld is een Nederlands: ‘… Bureau Joodse Zakeniin …’, waarom niet ‘ … juutalaisasioiden toimisto (‘Bureau Joodse Zaken’) …? Maar goed, zoals gezegd, dit soort kleinigheden storen in deze vertaling niet erg. Indrukwekkend wordt in de uitgebreide proloog van het deel van het boek de dood van Margot en Anne in het kamp Bergen- Belsen (goed gedocumenteerd) beschreven, en in hoofdstuk 14 wordt de barbaarsheid van het kamp Auschwitz (ook goed gedocumenteerd) en het zware leven van Anne en Margot aldaar samen met hun moeder (die daar wat later sterft) aangrijpend uitgebeeld. Verder komt de algemene politieke en militaire achtergrond van de gebeurtenissen rond Anne in Duitsland en Nederland bij Lee beter tot haar recht dan bijvoorbeeld in het boek van Müller. Maar toch nog wat te weinig naar mijn smaak. Dit laatste boek van Carol Ann Lee is een aanrader, het is bedoeld voor de rijpere jeugdlezer/es en heel goed geschikt als boekaanvulling bij de onder ten tweede al behandelde site. Heel jammer is het hier echter, dat er achter in het boek geen index is opgenomen (bij Müller wel) over personen en zaken die in het boek met name besproken worden. Dat zou het boek bijvoorbeeld voor werkstukken en spreekbeurten veel handzamer hebben gemaakt. Maar goed, niet alles is perfect op deze aarde en – zoals al gezegd – de regelmatig uitgebreide voetnoten (voor de doordenkertjes) en de woordenlijst achterin maken wel het een en ander goed. Voor geïnteresseerden, zie ook: http://kotiliesi.fi/kirjat/lukijoiden-arviot/carol-ann-lee-anne-frank-19291945 .

Overigens … het verhaal van Anne Frank zelf is een goedgeschreven en direct dagboek-verhaal van een jong meisje, een ‘gewoon’ verhaal dus, waar je je kunt inleven, het is een verhaal van een Joodse familie in moeilijke omstandigheden, die het lang in Nederland in onderduik volhoudt, maar uiteindelijk toch verraden en de vernietiging ingestuurd wordt. Slechts vader Otto Frank komt levend terug, krijgt dan het bewaard gebleven dagboek van dochter Anne via Miep Gies in handen en dan begint het verhaal zich stapje voor stapje internationaal via publicatie te ontpoppen als het verhaal van een jeugdige jonge vrouw, die weliswaar het slachtoffer van de holocaust is geworden, maar die in haar dagboek zelf ‘slechts’ het ongemak en de spanning wat betreft relaties en communicatie in onderduik eenvoudig weergeeft via het leven van alledag in die geheime vleugel, het Achterhuis, van de Prinsengracht 263 in Amsterdam. Dat maakt een zich als lezer/es inleven pas echt mogelijk.

Om dit laatste iets duidelijker te maken even een omweg. In 2002 heeft een jonge Finse schrijver, Petri Tamminen, een verhalenbundeltje uitgegeven met de sprekende titel ‘Piloutujan maa’, de plek van de verstopper. Jezelf ergens verstoppen, jezelf anoniem willen maken, wegkruipen in een hoekje, je verschuilen achter de rug van een ander of op zolder bijvoorbeeld, onderduiken, omdat je je niet lekker of bedreigd voelt, daar gaat het hier om. En zo zijn we terug bij het thema. En jawel hoor, bladzijde 105 – 107 draagt als opschrift: Anne Frank. In alle onthutsende nuchterheid luidt de eerste alinea van dit hoofdstukje: “Otto Frankin ja Hermann van Pelsin perheet piiloutuivat juutalaisvainoilta kesäkuussa 1942.”/ “De families van Otto Frank en Hermann van Pels verstoppen zich voor de jodenvervolgingen in juni 1942.” Ze duiken dus onder. “Piilopaikka oli amsterdamilaisen toimistorakennuksen pihan puoleisessa siivessä.”/” Hun verschuilplek bevond zich in het achterhuis van een Amsterdams bureaugebouw aan de kant van de binnenplaats.” Natuurlijk is dat een ‘geheime’ achtervleugel van het huis, maar je moet er wel iets voor doen, om daar verdekt te kunnen leven. Het huis zelf is echter in principe ‘slechts’ een achterhuis, zoals er wel meer zijn in het oude Amsterdam. Feit blijft uiteraard, dat juist dit achterhuis Het Achterhuis is geworden. “Siiven neljä huonetta eristettiin konttorista ja sisäänkäynti naamioitiin kirjahyllyllä.”/ “De vier kamers van het achterhuis werden van het huis afgescheiden en de ingang ervan werd verdekt door een boekenkast.” Daarmee zijn ze dan hopelijk afdoende van de buitenwereld afgeschermd. “Talo oli Otto Frankin yrityksen käyttössä. Hänen toimistovirkailijansa toimittivat piiloutujille ruokaa.”/” Het huis was in gebruik van de firma van Otto Frank. Zijn bureaumensen brachten de onderduikers hun voedsel.” en “Piiloutujien piti liikua varovasti, sillä varastossa huoneiden alapuolella työskenneltiin.”/”De onderduikers moesten zich voorzichtig bewegen, want in het magazijn onder de kamers werd er (overdags) gewerkt.” Ja, dat is nogal logisch, als je niet ontdekt wilt worden. Het voordeel nu van het bericht van Petri Manninen is, dat hij de feiten zo nuchter en eenvoudig zegt, dat is indrukwekkend, dat is realiteit, daar kun je mee meevoelen, zoals ook met de verhalen van Anne in haar even nuchtere en persoonlijke dagboek. Opvallend is bij Manninen voorts, dat hij niet alleen de familie Frank, maar ook de familie van Pels noemt, dat is juist en relativeert of normaliseert de zaak nog meer. Manninen gaat dan in de tweede alinea van het hoofdstukje over Anne Frank verder met het verraad en het transport naar het concentratiekamp. Dat was uiteraard vreselijk, dat weten we heus wel. Dan zegt Tamminen verrassend, dat je eigenlijk zo moeilijk mee kunt leven met de verhalen van de echte holocaust, de ruwe jodenverdelging, je kunt je die ellende eigenlijk niet eens goed voorstellen, onvoorstelbaar zelfs blijft het ondanks de vele foto’s die we erover bezitten. “Paljon helpompaa on eläytyä niihin, jotka onnistuivat pakenemaan ja piiloutumaan, heihin jotka hetkeksi välttivät kauhut. He tuntuvat läheisiltä ja todellisilta. Heissä toivo saa hahmon.”/” Het is veel gemakkelijker je in die mensen in te leven, die het lukte weg te vluchten en zich te verstoppen, mensen die voor een ogenblik ontzettende dingen ontliepen. Die mensen zijn ons nabij en hun gevoelens zij navoelbaar. In hen neemt hoop gestalte aan.” En dan volgt bij Tamminen heel eenvoudig, dat dit ook dan geldt, als de onderduikpoging mislukt, zoals bij de Achterhuis-Joden, de Franks en Van Pelsen. Ik zou zelfs durven beweren, dat de mislukking en de wegvoering met dodelijke afloop van zeven van de acht van de Achterhuis-bewoners deze inlevingswerkelijkheid juist sterker hebben gemaakt. Ik kan me in ieder geval niet voorstellen, dat het Dagboek zo’n wereldsucces geworden zou zijn, als Anne Frank werkelijk teruggekeerd was. Niet dat ik het haar niet gegund had, nee nee, maar dan zou de werking van het Dagboek en eventueel andere schrijfsels van Anne Frank volkomen anders en wellicht niet zo breed geweest zijn, vermoed ik. Zo is ze een internationaal symbool van waarheid en echtheid geworden. We weten toch, dat Anne en haar zus Margot in Auschwitz erg geleden hebben en in Bergen-Belsen omgekomen zijn in uiterst ellendige omstandigheden, zie hierover bijvoorbeeld de indrukwekkende hoofdstukken erover in het boek van Carol Ann Lee. Daarmee zijn ze ‘martelaar’ geworden, ‘heilig’ verklaard als je wilt, maar dat maakt volgens Tamminen empathie of meeleven pas echt mogelijk. Wie weet, maar misschien bewijst het succes van het eenvoudige en op zich qua directe gebeurtenissen wel spannende maar niet tragische dagboek, het Achterhuis, van Anne Frank juist deze theorie. Best mogelijk.

Peter Starmans, lehtori


Riikka Pulkkinen, "Echt waar"

Riikka Pulkkinen, Echt waar

Totta, Otava, 2010

Echt waar, Arbeiderspers, 2011

(in het Nederlands vertaald door Annemarie Raas)

‘Echt waar’ is een boek dat me erg aangesproken heeft. Het is de tweede roman van Riikka Pulkkinen, ‘Totta’, vertaald als ‘Echt waar’, die evenals de eerste roman (‘De grens’) en haar derde roman (‘Vreemdeling’) alle drie in het Nederlands vertaald zijn. En dat zonder meer terecht, want het literair niveau van alle drie boeken is hoog en thematisch zijn ze modern en interessant geschreven. Aanraders dus.

Bij ‘Echt waar’ staat een ouder echtpaar, Martti en zijn vrouw Elsa, centraal; maar tevens hun dochter Ella (of Eleonoora) en haar man Eero, met hun twee dochters Anna en Maria. Tevens speelt een vroegere geliefde (uit de jaren zestig) van Martti, Eeva, een wezenlijke rol in het boek.

Het boek is overzichtelijk en logisch opgebouwd, zonder al te veel moderne experimenten; het is tevens geschreven in een uiterst duidelijke en zowel in het Nederlands als in het Fins gemakkelijk en vlot leesbare stijl en taal.

De grootmoeder Elsa, een internationaal bekende opvoedingspsychologe, was vaak op pad als gastsdocente in binnen- en buitenland, maar nu is ze al oud en gepensioneerd; er is bij haar kanker in een vergevorderd stadium geconstateerd en veel tijd van leven is haar niet meer beloofd. Ze bereidt zich voor op haar dood, positief en bewust, samen met haar man en hun dochter Ella, die arts is; ook vooral samen met hun kleinkinderen, waarvan de oudste dochter Anna gek is op haar grootouders, maar vooral dan op grootvader, met wie ze een hechte band had en heeft; de jongste dochter Maria is practisch en nuchter aangelegd en is zo een grote hulp bij het verzorgen en begeleiden van het sterfbed van Elsa, de grootmoeder.

Ofschoon het huwelijk tussen Martti en Elsa van buiten af gezien in orde is, ze zijn immers altijd gelukkig geweest met elkaar en kunnen elkaar tot op zekere hoogte nog steeds bevredigen, is er in de lang vervlogen periode van de woelige studentenjaren zestig (de internationale jaren van studentenrevolte in Parijs, Amsterdam en Berlijn) een kindermeisje in huis geweest tijdens de langere periodes, waarin professor Elsa Ahlquist in het buitenland werkte (en dat was nogal vaak). Dit kindermeisje droeg de naam Eeva; zij werd door de moderne revolutiegeest in het studentenmilieu en de vrijheid die daar heerste gedreven, maar zorgde ook goed voor ‘het meisje’ (= Ella), Eeva houdt echt van ‘het meisje’ en voedt haar natuurlijk op. Met de studentenrevolte leeft Eeva indirect (in Helsinki, waar het ook een beetje onrustig werd) en direct (in Parijs en Amsterdam, later ook in Berlijn) intensief mee. Haar instelling in het leven is radicaal, geen burgerlijkheid maar leven in overgave en socialiteit, lichamelijk en geestelijk gezien dus een ware Eva! Martti, een in Finland bekende kunstenaar, die nog steeds op zoek is naar zijn ware aard en kunst, wordt stapel verliefd op haar, jarenlang; maar hij weet dat voor zijn vrouw Elsa lange tijd verborgen te houden, tot het uiteraard uiteindelijk uitkomt.

Pas dan kiest Martti (die in zijn contact met Eeva in de roman altijd ‘de man’ genoemd wordt, Adam dus) – niet van altijd harte maar toch – voor zijn burgerlijk, elkaar respecterende huwelijk met Elsa, dat overigens gelukkig is en dat ook blijft, tot aan de dood van Elsa. Dat laatste wordt zelfs ontroerend beschreven in de roman. Want zo’n burgerlijk huwelijk laat meer vrijheid aan de twee huwelijkspartners en biedt een grotere persoonlijke ruimte dan het drukkende, alles eisende en in volledige overgave aan elkaar radicale liefdesideaal van Eeva. Eeva gaat echter innerlijk en ook wel lichamelijk aan haar eigen idealen letterlijk kapot; en sterft een zelfgekozen dood in het meer bij haar ouders in Oost-Finland. Elsa en Martti hebben zich dan al lang verzoend en leefden verder in harmonie van toen af (na 1968) nog lang en gelukkig met elkaar. Maar toch, een taboe, een familiegeheim blijft het gebeurde, onbekend aan dochter Ella en haar kinderen en hun partners.

Kleindochter Anna is intuïtief de vrouw die het taboe in hun familie tijdens het sterfproces van haar grootmoeder doorbreekt. Ella niet zo, want zij heeft een vrij afstandelijke verhouding met haar ouders; waarom weet ze eigenlijk niet; Eleonoora (= Ella) herinnert zich van het verleden van haar vader met Eeva en van haar eigen gelukkige jeugd, ook regelmatig met diezelfde Eeva, weinig wezenlijks en het is maar de vraag of dat altijd goed is. Dat boven water halen van de waarheid bij haar oprecht geliefde grootvader, bij haar nu stervende grootmoeder en bij haar gerespecteerde moeder breekt Anna een tijdlang op. Ella lijkt dus nogal gefrusteerd in het leven te staan, al is ze een geslaagde arts; maar gelukkig heeft ze een zeer harmonieuze en haar en hun dochters liefhebbende man Eero, die zijn vrouw Eleonoora telkens en telkens maar weer opvangt en uiteindelijk daarbij wint. Maar Anna gaat aan dit doorbreken van het familiegeheim bijna te gronde, gelukkig maar, dat ze met behulp van haar opa en oma en hun openheid, en ook met de ondersteuning van haar geschrokken maar ook liefdevolle moeder, die wakker aan het worden is, boven water geholpen wordt en uiteindelijk de familie redt en zegeviert en gelukkig met haar Matias haar eigen leven kan opbouwen.

Nu een paar algemene opmerkingen bij ‘Totta’, ‘Echt waar’:

  1. Het humane karakter van het boek is overtuigend. Het gaat niet over sterke en zwakke mensen, en zeker niet over sterke vrouwen en zwakke mannen. Nee, iedere mens, man of vrouw, jong of oud, heeft zijn/haar zwakke en sterke kanten, en dat is juist goed zo en typisch voor de mens, daarmee moet hij of zij leren leven, in Nederland en in Finland.
  2. Het goede van dit boek is, dat het voor mannen en vrouwen geschreven is, dat het door mannen en vrouwen gelezen kan worden, dat het door mannen en vrouwen gewaardeerd wordt. Dus wel gezond feministisch, maar zonder extreme standpunten van beter en slechter. Dat is het sterke van dit boek. Ik heb me bij het lezen geen moment verveeld. Het boek is boeiend, goed en vlot geschreven; maar ook menselijk, zodat er heel wat bij de lezer/es beklijft. Mijn bezwaar bij moderne boeken is vaak, dat het vlot en goed leest, maar dat je er achteraf niets meer van onthouden hebt of kunt navertellen. Als dat zo is, is het wel ontspannend en eventueel goed geschreven, maar kunnen we niet van beklijvende literatuur spreken. Dat laatste geldt voorlopig wel voor de boeken van Riikka Pulkkinen.
  3. ‘Totta’ heeft de betekenis van waar(heid). In dit boek begrijp ik het zo, dat de waarheid uiteindelijk te voorschijn treedt, en dat is goed. Bij de Nederlandse vertaling ‘Echt waar’ heb ik mijn bezwaren. Als ik iemand van iets wil overtuigen dan zeg ik: of je me gelooft of niet, het is echt waar, wat ik je vertel. Dat is in dit boek niet bedoelt. Verder kun je achter ‘echt waar’ een vraagteken denken, en dat stel je het hele boek in vraag. Ook dat is door Pulkkinen niet bedoelt. Je kunt het natuurlijk ook begrijpen als: zo was het, dit is de waarheid.
  4. Van de ene kant is het thema van het boek algemeen, internationaal, dus ook Nederlands en Fins. Maar van de andere kant is het boek zo echt Fins, door het milieu, waarin het speelt. Het centrum van Helsinki, een zomerhuis in Zuid-Finland, een sauna aan een groot meer, heerlijk zwemmen of door de sneeuw rollen, de Finse natuur en de heldere zomernachten. Vooral de betekenis van de sauna bij het zomerhuis speelt in dit boek een grote en sympathieke rol. In weinig boeken die ik ken is de sauna zo overtuigend en vanzelfsprekend aanwezig, Ook bij de gesprekken in de hitte van de sauna of bij de ontspanning erna op het terras of op de steiger aan het meer spreken aan. Dit Finse van de sfeer is lijkt me een van de positieve kanten van dit boek. Ook in het Nederlands.
  5. Het interessantste thema van het boek is de spanning tussen een voorwaardelijk en onvoorwaardelijk huwelijk, tussen een burgerlijk en een ‘ideaal’ huwelijk. In de roman voert het ‘ideale’ huwelijk tot dood en taboe, maar overtuigend en echt wordt die radicale overgave in liefde hier wel beschreven en gevoeld. Tja, waar ligt de waarheid van echte liefde?
  6. De namen in de roman (ook de vertaalde) blijven Fins, goed zo: Martti, Elsa, Anna, Eero, Eleonoora, Eeva, Tammilehto, Rautalampi, Lauttasaari enz. Dat past wel en stoort helemaal niet in de Nederlandse vertaling. Riikka Pulkkinen is een jonge Finse schrijfster, geen internationale of kleurloze auteur zonder eigen voorkeur of vaderland. Dat is goed zo en troostend.
  7. Het boek is vooral goed geconstrueerd en geschreven, al blijven inderdaad sommige karakters ervan wat bleek en onuitgewerkt. Dat geldt een beetje voor de oudste kleindochter Maria, zelfs voor Eero en Matias, maar zeker niet voor de hoofdfiguren, al had ik bij het meisje = de jonge Ella = Eleonoora wat meer diepgang verwacht of gehoopt. De meest stralende figuren in deze roman zijn die van Martti, van Eeva en vooral ook die van Anna. Die overtuigen helemaal. In hun doen en laten, in hun spreken en denken.
  8. De Finse en ook de Nederlandse Wikipedia-tekst onder Riikka Pulkkinen zijn als inleiding voldoende. Het is me overigens een raadsel, hoe een relatief jonge auteur (geb. 1980) zo indringend de jaren zestig op kan roepen (in Nederland bijvoorbeeld verwoord door Harry Mulisch in zijn ‘Bericht aan de Rattenkoning’ uit 1966) en hoe zij met overtuiging in een roman zoveel echte levenswijsheid ter sprake kan brengen. Mijn pet ervoor af!

Een aanrader dus, dit boek ‘Totta’ van Riikka Pulkkinen, echt waar!

Ik wens de lezer/es veel leesplezier.

Kerava

Peter Starmans, lehtori


Finland 100 jaar onafhankelijk

In het kader van Suomi/Finland 100 wordt door de VNF (Vereniging Nederland-Finland) een boek uitgegeven met de ondertitel ‘Terugblik op een bewogen eeuw’.

Het thema van het boek is de geschiedenis van 100 jaar Finland. Tevens worden verschillende maatschappelijke en culturele relaties in Finland in de tijdsperiode 1917-2017 belicht. Finse en Nederlandse auteurs geven een kleurrijk beeld van de politieke, sociale en culturele ontwikkelingen van die tijd. De relatie tussen Finland en Nederland komt uiteraard in het boek ook duidelijk naar voren.

Het boek (hardcover) is rijk geïllustreerd en wordt in november 2017 uitgegeven in twee talen (Nederlands, Fins en zelfs een deel ook in het Zweeds) als onderdeel van het officiële Finland 100-programma.

Het boek kost 25 euro plus eventuele porto- en verpakkingskosten.
Uw bestelling graag zo spoedig mogelijk via emailadres: petrus.starmans@pp.inet.fi

Het boek zal op vrijdag 24 november ‘s middags in de residentie van de ambassadeur gepresenteerd worden.
Degenen die een boek besteld en betaald hebben, zijn daarbij via uitnodiging van harte welkom en ontvangen hun exemplaar ter plekke.

Een korte aankondiging in over dit boek in het Nederlands, Fins en engels is te vinden op de Finse site van Suomi/Finland 100 (http://suomifinland100.fi/project/juhlakirja-suomihollanti) en ook op de Nederlandse site van Finland 100: http://www.finland100.nl/events-post/vnf-book-finland-100-years. Op deze sites is ook meer informatie over Finland 100 jaar te vinden.