De zomer voorbij, maar niet getreurd

Zittende aan de keukentafel probeer ik te bedenken wat en waarover allemaal te vertellen. Eveliina geeft me inspiratie en spoort me aan te schrijven over ‘er was eens een hert en die zag met grote verbazing het noorderlicht …’. Ik maak hier maar van ‘er was eens een vereniging en die las met grote verbazing dit Noorderlicht …’

Deze zomer kende drie activiteiten, die alle op een of andere manier in het teken stonden van cultuur. Eind mei was er een Fins cultureel uitje in Oost Finland in Verla. Midden in de koudste week van de zomer was het zomerkamp met Nederlandse activiteiten in een Finse campingsetting. Tot slot was er onlangs de Zeeuwse Mosseldag, waarvoor bijzonder veel animo was en mensen zelfs in de wachtrij gezet moesten worden voor deelname. Ook het zomerkamp kende een ongekend hoog aantal aanmeldingen van 41. Helaas moest één gezin verstek laten gaan, maar desalniettemin was het meer dan geslaagd.

Komende maand al op 6 oktober is onze herfstvergadering en is het alweer een jaar geleden, dat dit bestuur als interimbestuur de handdoek oppakte. Terugkijkend op afgelopen jaar hebben we getracht gevarieerde activiteiten en activiteiten in alle regio’s van de grond te krijgen. De meeste dank zijn we verschuldigd aan alle vrijwilligers buiten het bestuur, die hieraan zoveel hebben meegeholpen en aan alle mensen, die hierover met veel plezier verslag van hebben gedaan in het Noorderlicht. Zo ook nu over de zomerse activiteiten.

Het motto van de activiteiten was altijd een stuk gezelligheid te creëren samen met cultuur, sport of natuur. Een overduidelijke voorkeur lijkt er te zijn voor activiteiten, waar er een hapje en een drankje aangeboden wordt. Vooral de typisch Nederlandse hapjes, zoals hagelsag voor de kinderen, bitterballen, oliebollen, haringen, hutspot en mossels, worden erg gewaardeerd. De mossels zelfs verrassend veel. Het blijkt een stukje toegevoegde waarde voor de Nederlander in Finland. Het is geen argument om dan maar alle andersoortige activiteiten opeens helemaal af te schaffen, maar goed om in ons achterhoofd te houden. Op de komende ALV zullen we als bestuur trachten weer een gevarieerd aanbod van activiteiten voor het komende jaar te presenteren.

Al met al vonden we het een bijzonder leuk jaar. Hopelijk tot op de ALV en de bijhorende activiteit en komende activiteiten.

Namens het bestuur,

Mirjam, Sanna, Sanne, Suzanne, Bas, Dave en ondergetekende,

 

Guido Nuijten


Marketta Hoogesteger, levend tussen Nederland en Finland

De regelmatige lezer/es van dit Noorderlicht zal zich zeker wel de leuke rubriek van Marketta Hoogesteger herinneren, waarin zij ons jarenlang in ieder nummer verraste met korte verhaaltjes over het verschil en de overeenkomsten tussen Nederland en Finland. Dat werd dan vooral gezien vanuit gewone gezinstradities en via rake opmerkingen van vergelijking tussen de beide landen. Dat vormde haar bijdrage aan het onderzoek van de relaties tussen Nederland en Finland, waarmee we al sedert 2007 (en eigenlijk al veel eerder!) volop bezig zijn geweest. En die verhalen van Marketta vormden een zeer waardevolle bijdrage daarvoor. Marketta is nu in april van dit jaar na een laatste fatale aanval van epilepsie gestorven. Ze is gelukkig gestorven, na een welbesteed leven naast de Nederlander Jan Hoogesteger, samen met hun drie kinderen, met hun kleinkinderen en adoptiedochter, die nog in Nederland woont.
In de jaren tachtig hebben de Hoogestegers in Lelystad gewoond, want Jan had zijn werk in de Oostvaardersplassen, het grote natuurreservaat op Flevoland tussen Almere en Lelystad. Daar in Lelystad zijn de drie kinderen geboren en naar school gegaan; daar heeft Marketta tijdens haar studie natuurgeneeskunde haar goede Nederlands geleerd; daar hebben ze naast hun kinderen hun adoptiedochter grootgebracht. Toen Jan uiteindelijk eind jaren tachtig zijn werk kon afronden en hij dus niet zonder meer aan werk in Nederland gebonden was, heeft hij, toen Marketta met haar studie klaar was en de kinderen al wat groter waren, zijn vrouw Marketta de kans gegeven, haar eigen werk in Finland te zoeken. Dat was eerst in Helsinki, in de reformwinkelbranche; later was dat in Iitti bij Kausala, waar ze deskundig lesgaf aan de volkshogeschool op haar eigen vakterrein, waarover direct meer. Jan heeft van toen af ook meer voor het gezin gezorgd, de tuin rond het huis in eigen rust laten groeien. Ze hebben dus geen fijn gazon aangelegd, maar meer een natuurlijke tuin, met allerhand wilde planten, struiken en uiteraard een appelboom en een groenteveldje. Jan heeft toen met collega’s van de universiteit Uppsala in Zweden meegewerkt aan natuurprojecten in Lapland.
Jan en Marketta waren dus gelijkgezinde en samen optrekkende partners in hun huwelijk, ze zorgden samen voor de opvoeding van de kinderen, ze zorgden en planden samen de tuin. Een tuin met de nodige kruiden, een veeltal aan wilde bloemen, maar ook verse groente; een tuin ook met speelgelegenheid voor de opgroeiende kinderen. Dat alles in en om een ruim en gezellig houten huis, waar ze woonden. Daar konden ze gasten en de vele broers en zussen van Jan met hun gezinnen telkens ontvangen, jaar in jaar uit, zodat het Nederlands van de kinderen redelijk op peil bleef. Het Fins was uiteraard geen probleem, dat hadden ze letterlijk al als moedertaal in hun Nederlandse jaren geleerd. Dus tweetalig waren de kinderen wel. Alleen de adoptiedochter (met haar gezin later) bleef in Nederland.
Ze vervreemde echter niet van hen, want ze kwam ook en dat graag regelmatig naar Finland. Fijn zo.
Marketta was altijd gelukkig Nederlandse gasten te ontvangen, omdat zij dan haar goede Nederlands nog eens kon aanslijpen, maar vooral ook, omdat zij zich als enigst kind zo thuis voelde in de grote Hoogestegerfamilie, die zo regelmatig (vooral in de zomer uiteraard) naar hen toekwam. En Marketta was een warme vrouw en ze bezat in zich de beste kanten van de Finse gastvrijheid. Ze was dat samen met Jan, met hun sauna, met hun bakken en koken, met hun activiteiten in de tuin, in de mooie omgeving van Iitti, Kausala en Jaala. Zo anders en zo veel natuurlijker dan Flevoland. Dat is overigens heus wel mooi. Met zijn op z’n Hollands ‘gemaakte’ polderland met hoge luchten, veel vogels en dieren, die het gras gratis maaiden voor de gemeente Lelystad. Hollands, de Nederlander maakt al eeuwen lang zijn eigen milieu.
Via de kerstviering en hun tuin hebben wij de laatste jaren Marketta en Jan ook beter leren kennen. Tijdens een kerstviering een paar jaar geleden kwamen we met hen aan de praat. Over de Finse en Nederlandse kerstviering uiteraard, maar ook over een wilde orchis (waarover Jan en Marketta in het Noorderlicht geschreven hebben), die ze ons zo graag in natura wilden laten zien. Die wilde orchidee (drie kleine exemplaren, maar prachtig geel van kleur) hebben wij voor het eerst gezien in 2017, op een zonnige dag, toen we bij de Hoogestegers graag te gast waren. Onvergetelijk! De hele dag hebben we gepraat over de Finse en de Nederlandse natuur, over het verschil en de overeenkomsten tussen de twee landen. Onder de machtige berken en naaldbomen, die in Lapland, Finland of in Nederland allemaal wel voorkomen, maar toch telkens in een andere vorm. Wat wisten de gastvrouw en gastheer veel van deze zaken af, daar heeft een stadsjongen en talenleraar als ik heel veel van geleerd, dank ervoor. Vooral voor de liefde voor de natuur die eruit sprak. En tevens de hartelijke Finse gezelligheid bij een Finse taart en koffie, na een gezonde Finse maaltijd, met heerlijke aardappelen en apart vlees, waarvan ik de naam weer vergeten ben. Het was in ieder geval smakelijk vlees van aparte Finse koeien.
Marketta was dus een geëmancipeerde Finse vrouw, ze runde samen met haar man het gezin, ze gaf graag en geëngageerd les, sprak en discussieerde in twee talen. Kortom, Marketta leefde in haar gezin als een moderne en gelijkberechtigde vrouw. Zelfs toen ze een aantal jaren voor haar dood gehandicapt werd en zich moeizamer en langzamer kon bewegen, bleef ze de hartelijke en open mens, die het centrum van het gezin vormde. Ze leerde meer aanwijzingen geven en goed delegeren. Mijn pet af ervoor! De kracht hiervoor haalde ze waarschijnlijk niet alleen uit haar aanleg en haar studievak, maar ook uit haar diepe geloofsovertuiging, waardoor ze bijvoorbeeld samen met Jan jarenlang trouw en actief naar de Nederlandse kerstviering in Helsinki kwam.
Marketta studeerde in Nederland het vak natuurgeneeskunde. Een vak, waarbij de dokter op een gezonde manier zoveel mogelijk geweerd wordt. Door de nadruk te leggen op gezonde voeding en gezond zorgen voor het menselijke lichaam, als tegenhanger van de noodzakelijke spirituele kant van het menselijke leven. Maar hierbij hoort dan ook de kunst van het gezond ziek zijn, dus het zo goed mogelijk en zo mogelijk op tijd weten, waar de oorzaak van een ziekte ligt, en dan te weten, wat je doen of laten moet. Hulp in de natuur om ons heen is er altijd wel. Hierbij hoort tevens de aandacht voor preventie van ziekte, dus gewoon het gezonde leven in de natuur, binnen en buiten, en in de jaargetijden. Iitti was voor zo’n leven waarschijnlijk een min of meer ideaal oord. Dat vonden Jan en Marketta in ieder geval.
Misschien ligt in dit ‘aardse’ (en moederlijke) zorgen voor het eigen lichaam en die van haar gezin ook het geheim van het (ver)dragen van de ernstige handicap, die ongevraagd kwam en geaccepteerd moest worden. Wie weet. De vruchten van haar studies en haar ervaringen gaf ze zeker door aan de vele leerlingen van de volkshogeschool in Iitti, en die dankbare leerlingen hebben het graag in zich opgenomen en naar omstandigheden weer verdergedragen.
Toen we Jan deze zomer opzochten om hem te condoleren en sterkte toe te wensen, wilde hij ons beslist iets laten zien: het arboretum Mustila in Elimäki. Dat is een groot park met rododendrons en azalea’s, groot en zelfs in deze droge en hete zomer overweldigend. De rododendrons waren jammergenoeg al vrijwel uitgebloeid, maar vele azalea’s stonden nog in volle bloei, in allerhand kleuren en soorten. Dat alles bijeengebracht door een man, die voor zichzelf en voor de Finse mensen om hem heen dit park wilde planten en ontwikkelen. Het was een genot om erin rond te lopen, zonder dat het geheel een gekunstelde indruk achterliet, want het park is mooi en weliswaar ‘gemaakt’, maar toch nu een natuurlijk geheel. Jan zei, dat het bezoeken van dit natuurpark jaar in jaar uit de wens was van Marketta. Men kan hier uitgebreid in rondwandelen en tegelijk genieten van de schoonheid en de effectiviteit van de natuur. Nou, indrukwekkend was het wel, heel mooi en stilmakend. Of er in dit natuurpark ook veel was, wat geneest, weet ik zo niet en dat heb ik Jan ook niet gevraagd. Het was al een belevenis, er gewoon te zijn en rond te dwalen.
Als afsluiting wilde ik een foto laten zien, die ik nam in Assen, vlak bij het stadsmuseum, waar Iran zijn best deed, de bezoekers van de fraaie en drukbezochte tentoonstelling IRAN te overtuigen van de oude culturen, die daar in Klein-Azië ontstaan zijn en die zo’n grote invloed gehad hebben op onze eigen Europese cultuur van vroeger en nu. Het is een foto van een rododendron daar vlakbij, maar dan als randbloeier, voor mij niet alledaags! Ook wel heel gaaf en zo anders dan die azalea’s in Elimäki.
Een ander verschil tussen Nederland en Finland voelde ik in het stadsgezicht vanaf het dak van het museum op de stad Assen, zo oerhollands en zo anders dan steden of natuur in Finland. We hoeven dan alleen maar te kijken naar het bomenlandschap en het uitgestrekte meer tegenover het huis van Jan en Marketta. Daarmee zou ik dan dit artikel willen afsluiten.

Met groet,
Peter Starmans


Zomerkamp

Noorderlicht 2018-3

We hadden met ons gezinnetje net een topvakantie achter de rug in een mooie chalet aan het Saimaa-meer, voorzien van alle luxe die de verwende reiziger zich maar kan wensen. Een groot contrast met het wildkampeeravontuur waarvoor Joanneke ons uitnodigde. Geen elektriciteit of stromend water, enkel een composttoilet. Maar niet getreurd, we gaan ervoor!

In Padasjoki kwamen we terecht tussen een bont allegaartje van volwassenen en kinderen van alle leeftijden die zich, diep verscholen in het woud, langs de oevers van een ondiep veenmeertje genesteld hadden. Als geadopteerde Belgen en als nieuwkomers tussen al die oude bekenden, voelden we ons aanvankelijk wel een beetje de vreemde eend in de bijt. Gelukkig duurde dat niet lang. Het was mooi om te zien hoe de kinderen elkaar meteen vonden, en er zich spontaan een meiden- en een jongenstent vormde.

Uiteraard is er altijd wel iets dat je vergeet, dus ook deze keer. Drinkbaar water? Niet aan gedacht. En dan een gasflesje uit de Biltema dat weigerde compatibel te zijn met het door ons uit België geïmporteerde Campingaz-kookstel. Gelukkig was er telkens een vriendelijke medekampeerder om ons uit de nood te helpen. Toen eenmaal de tent uiteindelijk overeind stond (was ondertussen al twee zomers geleden!), eindelijk rust…

De kinderen namen of zelf het voortouw bij het bedenken van activiteiten (van ’s morgens vroeg in het meertje spetteren), of ze lieten zich inspireren door de talenten van de Reudler-scoutszussen, die zonder verpinken (Vlaams voor met de ogen knipperen, red.) het ene spelletje na het andere uit hun hoed toverden. Voor de volwassenen: een zee van tijd om eens lekker niets te doen, een boekje te lezen, houten bootjes in elkaar te knutselen, te wandelen, en ‘s avonds na te praten met een biertje.
Zelfs voor de aangekondigde regenbui op zaterdagnamiddag had de NViF een geniale oplossing in petto. Op naar Vasikkarokki (Kalverrock, jawel) in het nabijgelegen Auttoinen! Op het podium maakten we kennis met Brädi, een dertigjarige Suomi-rapper die er geen graten in zag (Vlaams voor geen probleem vinden, red.) om op zaterdagnamiddag te midden van tractors en strobalen een bende achtjarigen te animeren. Een mens moet iets doen om aan de kost te komen. Naar goede Finse gewoonte was er geen gebrek aan koffie.

En om eerlijk te zijn, we hebben onze Campingaz absoluut niet gemist. Met dank aan een topchef-meesterbrouwer-zwager die Joanneke speciaal uit Nederland geïmporteerd had.
’s Morgens een vers espressootje, ’s middags een barbecuetje met heerlijke gevulde champignons en ten slotte geroosterde bananen met chocolade als toetje. Wat kan een mens zich meer wensen? Het zal u dan ook niet verbazen dat wij ons na twee dagen helemaal thuis voelden. Wildkamperen is fun!

Lies Jardin & Sigurd D’hondt


Herfstige porcinipasta

Na een extreem warme zomer is het inmiddels alweer september, wat normaal gesproken inhoudt dat de Finse bossen vol staan met eetbare bospaddenstoelen. Door de extreme hitte en droogte is dat helaas wat anders dit jaar. Na meer dan vijf keer met lege handen terug te zijn gekomen uit het bos, had ik de hoop eigenlijk al opgegeven om dit jaar op zijn minst één keer thuis te komen met manden vol met paddenstoelen. Weinig hoopvol vertrok ik vanochtend met een mandje richting het bos, mijn vaste plekken afstruinend op zoek naar iets dat ik ´s avonds zou kunnen gebruiken om risotto of pasta van te maken. Nadat mijn eerste twee vindplekken wederom niets opleverden, begon ik te twijfelen of ik niet beter gewoon terug naar huis zou kunnen gaan. De lucht zag er weinig belovend uit, het zou wel eens hard kunnen gaan regenen. Toch besloot ik om nog één poging te wagen en tegen beter weten in mijn vaste porcini-vindplek nog even te doorkruisen. En wat een geweldige beslissing, zonder enige verwachtingen vond ik in minder dan een uur tijd wel vijf kilo totaal onbeschadigde porcini´s! Nou, ik het kader van déze mooie vondst wil ik graag een mooi recept delen om van deze paddenstoelen een heerlijk diner klaar te maken. Haast je dus met een goede paddenstoelengids het (naald)bos in en verras je gezin vanavond met de beste porcinipasta die zij ooit geproefd hebben!

Benodigdheden:
– 3-5 verse porcini´s van middelgroot
formaat (of 40 gram gedroogd)
– 300 gram verse spaghetti
– 2-3 teentjes knoflook
– Zwarte peper
– Verse peterselie
– Parmezaanse kaas
– Olijfolie
– Zout
– Boter

BELANGRIJK: zorg dat je de gevonden paddenstoelen altijd eerst door een expert laat identificeren alvorens je ze opeet!

Bereidingswijze:
Indien je gedroogde paddenstoelen gebruikt, laat deze dan eerst een paar uur weken in een beetje water, bewaar dit water om later te gebruiken.
Snij de porcini´s in plakjes en bak ze samen met de knoflook en peterselie in boter gemengd met een beetje olijfolie. Voeg zwarte peper en zout naar smaak toe. Zodra de paddenstoelen goed gebakken zijn, voeg je een klein beetje water toe aan de pan (of het water dat je hebt gebruikt om de paddenstoelen te weken). Kook de pasta en voeg tegelijkertijd boter toe aan de pan met het paddenstoelenmengsel. Zodra de pasta klaar is, voeg je deze toe aan de pan met het paddenstoelenmengsel. Voeg daarna ook naar smaak verse peterselie toe. Zodra je de porties hebt verdeeld over de borden bestrooi je het geheel met parmezaanse kaas (en eventueel peper en zout).

Eet smakelijk!

Sanne Peltosaari


Mijn Bolwerk

Een vermolmde boomstam is zacht en warm, dat zit beter dan een rotsblok ook al is die met mossen bekleed. Je zou ze moeten zien, grijs en groen en zwart en bruin bevlekt, met zilver aangezet en bekleed met bronzen dennennaalden die altijd gepaard zijn, met een zwart knotje aaneengebonden. Het geruis door de bomen zou je gemakkelijk voor een snelweg kunnen houden, als je uit Nederland kwam, waar geen plek buiten gehoorsafstand van het wegennet ligt. Er klinkt ook gekauw en gekraai en getjilp, maar wel met mate. Je vraagt je af waarom ze die geluiden maken, om de beurt, de een laat de ander zijn deuntje rustig uitzingen. Plegen ze overleg, zijn ze in een soort vogeldiscussie verwikkeld waar wij met ons verstand niet bij kunnen, of is het de afspraak om geen stilte te laten vallen, een verbond tegen de eenzaamheid van het bos? Maar nee, eenzaamheid kun je dit niet noemen, zelfs niet als je de vogels wegdenkt. Het heeft eigenlijk wel wat gezelligs, als een bruine kroeg, de zachte kleuren van de naderende herfst, het rood verkleurend blad van de bessen, het antieke tapijt van mossen en de zilveren franje van het rendiermos. Een taigagaai vliegt van boom naar boom, kijkt over mijn schouder mee naar wat ik in mijn zwart moleskinschriftje schrijf, een gedicht aan een dwerg die tranen met tuiten huilt om al het kwaad dat mensen elkaar aandoen, en zijn tranen veranderen in rode bessen zodra ze bodem raken. Ik hoor Nina Simone, maar dat kan ook ingebeeld zijn. Nina Simone in haar mood indigo. Boomstronken en keien liggen her en der verspreid, uitnodigend als tafels en stoeltjes. Jugendstil, maar dan echt, levend en dood. Hier kan ik vrij denken en dichten, dit is mijn bolwerk. Alleen de kranten ontbreken, de kranten op de leestafel en een kopje koffie met een speculaaskoekje, om het de stamkroeg te laten zijn die ik in een ver land in de steek gelaten heb.