Het is zes december, Onafhankelijkheidsdag, maar we hebben de televisie niet eens aangezet. In twintig-twintig is alles anders, ook Linnan Juhlat, de kasteelfeesten die ik altijd gekscherend Handshaking Party noem. Handshaking is dit jaar uit den boze. In februari begon het met aangescherpte regels met betrekking tot handhygiëne, minstens twintig seconden wassen, daarna kwam er het elleboogje en vervolgens raakten we elkaar helemaal niet meer aan. In Turku werd je sowieso al nooit geacht mensen te groeten die je niet persoonlijk kende, zelfs een vriendelijke hoofdknik kon als emotionele aanranding worden opgevat, dus eigenlijk veranderde er met corona hier niet zoveel.
Ook in de spreekkamer laat ik de handdruk tegenwoordig achterwege en zijn zowel patiënt als ik gemaskerd. Wel luister ik gewoon nog met mijn stethoscoop naar de longen en gaat het maskertje af als ik een kijkje moet nemen in keel of neus. Dat ontmaskeren is trouwens vaak reuze interessant, want na een gesprek van pak ‘m beet vijftien minuten, zie je eindelijke pas echt wat voor iemand je voor je hebt als het maskertje wordt afgenomen. Dan pas realiseer je je hoeveel we met een maskertje eigenlijk voor elkaar verbergen.
Over ontmaskeren gesproken, Demasquée van Akseli Gallen-Kallela is een van mij favoriete schilderijen. Een absoluut meesterwerk van de Finse schilder die vooral bekend is vanwege zijn scènes uit de Kalevala. Met Demasquée wijkt hij van dat thema af. We zien een jonge vrouw naakt onderuit zitten op een bank. In haar rechterhand houdt ze een zwart maskertje dat bijna wegvalt tegen de donkere achtergrond. Ondanks haar naaktheid is er weinig erotisch aan haar. Ik heb nog nooit een naakt gezien dat je het gevoel geeft dat je het zelf bent die naakt is, en dat zij het is die jou bekijkt in plaats van andersom. Ze bekijkt je met een blik die precies beantwoordt aan hoe je je op dat moment voelt. Voor dit schilderij ben ik verschillende keren naar Atheneum geweest, en telkens weer kijkt ze me anders aan.
Het is maar goed dat dit jaar op zijn einde loopt, want met al die maskertjes verbergen we te veel voor elkaar. Hoewel de boze droom die corona heet nog lang niet voorbij is, hoop ik dat we in de loop van het volgende jaar stukje bij beetje kunnen ontmaskeren, en dat ook de handdruk die nu als een zonde voelt, ooit weer in zijn volle glorie wordt hersteld.
Thijs Feuth